We spreken met directeur Dagmar Oudshoorn en manager Soraya Kanhai over het aangescherpte beleid van de afgelopen vier jaar. “Onze medewerkers worden dagelijks geconfronteerd met de harde realiteit. Bij Amnesty International Nederland heb je immers te maken met de minder leuke kanten van de mensheid. Dat geeft vaak veel druk en stress. Daarom hebben we het welzijn van onze medewerkers als speerpunt in ons beleid opgenomen.”
“Onze collega’s werken hier echt vanuit een intrinsieke motivatie”, vult Kanhai aan. “We hebben er de laatste jaren meer energie en tijd in gestopt om de medewerkers duidelijker kaders te geven, zodat er minder mensen overwerkt raken.
‘Onze collega’s werken hier echt vanuit een intrinsieke motivatie’
Goed in je vel
Oudshoorn benadrukt het belang van mentale weerbaarheid. “Je moet goed in je vel zitten om dit werk goed te doen. Doordat er zo veel heftige dingen gebeuren, loop je al snel het risico dat je jezelf voorbijloopt. En soms maken onze mensen dingen mee waar ze zelf ook mee te maken hebben gehad. Zoals vluchtelingenopvang, racisme of seksueel geweld. Dat maakt het extra zwaar.” “Je moet in die gevallen zorgen dat het niet triggert of dat mensen opbranden”, aldus Kanhai. “Daarom hebben we ook een systeem van zorg opgezet. Met maatschappelijk werk en vertrouwenspersonen. En als het moet kopen we zorg in.”
Diversiteit en inclusie
Intern werkt Amnesty International Nederland ook aan diversiteit en inclusie. “Dat klinkt misschien gek voor een mensenrechtenorganisatie”, zegt Oudshoorn, “maar je kunt niet werken op thema’s als racisme, discriminatie of onrecht als het in je eigen organisatie ook voorkomt.” Kanhai: “DIDU is daarom ook onderdeel van ons beleid. Dat staat voor Discriminatie, Inclusie, Diversiteit en Uitsluitingsmechanisme. Ons doel is om een organisatie te zijn waar het voor iedereen fijn is om te werken.”
Samen impact maken
Volgens Kanhai zijn mensen de belangrijkste assets voor een NGO: “Daarom vieren we onze successen ook samen. Iedere maandag komen we z’n allen bij elkaar in het trappenhuis en delen we nieuws. We vertellen wat er goed is gegaan. Maar ook als er dingen verkeerd zijn gegaan.”
“Impact maken doe je met elkaar”, besluit Oudshoorn. “Als organisatie moet je daarom voor verbinding zorgen. Zodat iedereen voelt dat ie belangrijk is, wat de functie, afkomst of achtergrond ook is.”
- MT500-2024
- Robert den Bremer
- Maarten de Kok
- Download artikel