Belastingadvies is mensenwerk. Dat vinden Jaap Rog en Wilbert Kannekens van KPMG Meijburg & Co. Omdat mensen het verschil maken tussen goed en uitmuntend belastingadvies. En omdat mensen invulling geven aan het contact tussen adviseur en cliënt. Clients first is daarbij het leidende motief.
“Een eerste en absolute voorwaarde voor goed belastingadvies is dat de vakkennis op orde is”, weet Jaap Rog, bestuursvoorzitter van KPMG Meijburg & Co Belastingadviseurs. “Iedereen die bij ons werkt is daarvan doordrongen. Ook weet iedereen dat kennis alleen onvoldoende is om cliënten het beste advies te kunnen geven. Met vakkennis alleen kun je cliënten op zijn best een goed advies geven. Als je kennis koppelt aan ervaring, ben je in staat om een uitmuntend advies te schrijven.”
Wilbert Kannekens, hoofd International Tax bij het wereldwijde netwerk, licht toe waarom ervaring zo belangrijk is. “Na het afronden van de studie heb je als belastingadviseur minimaal zes tot tien jaar nodig om het hele speelveld te overzien. Daarom adviseren ook onze meest ervaren mensen. Partners schrijven adviezen en geven daarnaast leiding aan een team van junioren. Alleen door ervaring ontdek je de finesses van het vak.”
Kannekens wil daarmee niet zeggen dat een ervaren adviseur antwoord heeft op alle vragen. Daarvoor is het vak te specialistisch; geen enkele adviseur kan in zijn eentje alle fiscale wet- en regelgeving op topniveau doorgronden. Daarom werken adviseurs intensief samen met collega’s om de vragen van cliënten te beantwoorden.
Clients first
Hoe het ook zij, de combinatie van vakkennis en ervaring kan alleen ontstaan in de praktijk. “Mensen maken het verschil”, aldus Rog. “En ze zijn verschillend. Niet in hun gedrevenheid en hunkering naar vakkennis. Die hebben ze gemeen. Wel in persoonlijkheid en achtergrond. Die diversiteit is een van de sterke punten van onze organisatie.” Dat mensen het verschil maken geldt ook in de kwaliteit van het contact met cliënten, vertelt Rog. “We willen onze vakinhoudelijke kennis en expertise combineren met de servicegerichtheid van tophotels. Clients first, noemen we dat. Een belangrijk punt daarbij is dat we cliënten zo benaderen als we zelf willen worden benaderd.”
Kannekens vult aan: “Dat houdt onder meer in dat cliënten een antwoord krijgen waar ze wat mee kunnen en, zeker zo belangrijk, dat het er op tijd is. Toegevoegde waarde is voor ons bijvoorbeeld dat in een advies altijd goed is doorgedacht over de gevolgen op de langere termijn. Onze adviezen moeten niet binnen een halfjaar achterhaald zijn.”
Onderdeel samenleving
De medewerkers van KPMG Meijburg & Co krijgen, naast het besef dat zij het verschil maken en dat cliënten altijd met stip op de eerste plaats staan, een derde boodschap mee van hun organisatie. Die luidt dat organisaties onderdeel zijn van de samenleving en daaraan constructief bijdragen. Kortom, maatschappelijk verantwoord ondernemen. “Om dat handen en voeten te geven steunen we onder meer een project waar we zelf ons stempel op kunnen drukken”, zegt Rog. “We zijn een kennisorganisatie en willen investeren in kennis. Zo zijn we uitgekomen bij een school in Zuid-Afrika, dicht bij de plek waar we onze businesscourse voor studenten organiseren. Daar kunnen we een concrete bijdrage leveren. Afgelopen jaar hebben we letterlijk de handen uit de mouwen gestoken en geschilderd en geholpen bij het in het elkaar zetten van schoolbankjes.”
Duurzaamheid
Bij maatschappelijk verantwoord ondernemen past ook dat bedrijven zorgvuldig omgaan met schaarse middelen en, al is het maar op beperkte schaal, bijdragen aan een duurzame samenleving. KPMG Meijburg & Co gebruikt bijvoorbeeld alleen groene stroom en beperkt vervoer zo veel mogelijk. Rog: “Van onze autokilometers en vliegreizen compenseren we de CO2-uitstoot volgens de Gold Standard.”
Overheden ondersteunen het streven naar duurzaamheid met belastingmaatregelen. Een bekend nationaal voorbeeld zijn de fiscale stimuleringsmaatregelen voor ‘groene’ auto’s. Minder bijtelling en geen bpm of wegenbelasting hebben invloed op de autoverkopen. En daarmee op het wagenpark van bedrijven. “We zullen steeds meer heffingen zien opkomen die moeten bijdragen aan een duurzamere samenleving”, voorspelt Kannekens. “Kijk bijvoorbeeld naar de verpakkingsbelasting. Ondernemers die verpakte producten op de markt brengen, betalen hierover sinds 2008 een aparte belasting. Een eenmaal ingevoerde heffing verdwijnt niet snel. De accijns op drank en sigaretten is inmiddels onmisbaar geworden voor de begroting.”
Hij plaatst kanttekeningen bij de invloed van fiscale stimuli op het gedrag. “Je moet niet overdrijven wat je met fiscale stimuli kunt bereiken, al lopen de meningen daarover ver uiteen. Dat laat onverlet dat overheden wereldwijd gewoon fiscale heffingen invoeren die moeten bijdragen aan een duurzamere samenleving. Het ‘verkoopt’ natuurlijk wat makkelijker dan een heffing gebaseerd op winst of vermogen. Deze trend loopt parallel aan de trend dat overheden zoeken naar manieren om opbrengsten veilig te stellen in een geglobaliseerde wereld. Dat leidt tot een verschuiving naar indirecte belastingen en belastingen op vaste activa. Wij volgen deze ontwikkelingen op de voet, zodat we onze cliënten altijd een uitmuntend advies kunnen bieden.”