Het Ondernemingsplan 2015 beschrijft grote veranderingen binnen Rijkswaterstaat: de organisatie wordt kleiner en slagvaardiger. En dat terwijl er nog steeds heel veel projecten worden uitgevoerd. Jowi Bijsterbosch, directeur HRM bij Rijkswaterstaat, legt uit wat dit betekent voor het HRM-beleid.
Het doel van het Ondernemingsplan 2015 is samengevat in het motto ‘Eén Rijkswaterstaat, elke dag beter, samen met anderen’. HRM-directeur Jowi Bijsterbosch: “Van Zeeland tot Groningen presenteren we één gezicht naar buiten. Daaraan hebben we het HRM-beleid aangepast. Je kunt het zien als een omgekeerde piramide. Het werk en de medewerkers staan bij ons centraal. Dat vergt een andere manier van leidinggeven, met behulp van onze KR8-methodiek. KR8 gaat ervan uit dat mensen zelf het best weten hoe ze hun werkprocessen kunnen verbeteren. Daarin speelt de leiding een kaderscheppende en faciliterende rol. We noemen dat dienend leiderschap. We werken met kleine teams, 25 à 35 medewerkers, zodat een leidinggevende voldoende tijd heeft om met teamleden in contact te komen.”
Elke dag beter
Tjeenk Willink stelde in 2010 vast dat ambtenaren te generalistisch dreigden te worden, vertelt Bijsterbosch: “Wij hebben dat opgepakt: we investeren in kennis van techniek en informatievoorziening, met het oog op onze toekomst. Daarbij kijken we ver vooruit: welke kennis en competenties hebben we over vijf jaar nodig? Kennisbehoud en innovatie zijn voor Rijkswaterstaat van groot belang. We móéten kleiner worden, maar we hebben de medewerkers op kerntaken weer ambtenaar gemaakt, zodat we de noodzakelijke kennis binnenhouden. Ook ons traineeprogramma voor – jaarlijks pakweg 35 – mensen uit technische studierichtingen is van belang voor ons streven naar kennisbehoud en innovatie. Het is zaak om kennis uit verschillende werelden te combineren om aan de vraag van onze klant te blijven voldoen. We bieden veel stageplaatsen om mensen kennis te laten maken met Rijkswaterstaat. En we zijn verbonden aan Jet-Net, het Jongeren en Technologie Netwerk Nederland, dat is opgezet om jongeren enthousiast te maken voor techniek. We zijn een lerende organisatie aan het worden”, vervolgt Bijsterbosch, “waarin mensen zelf verantwoordelijk zijn voor hun ontwikkeling. We helpen medewerkers én leidinggevenden met hun loopbaanontwikkeling en geven ieder de middelen om zichzelf goed te leren kennen. Voor medewerkers hebben we het Corporate Learning Centre en het Corporate Mobiliteitscentrum opgezet. En voor leidinggevenden is er een eigen traject naar één Rijkswaterstaat. We hanteren voor hen drie ‘ladders’: projectmanagement, advies en management. Afhankelijk van je wensen en kwaliteiten kun je tussentijds wisselen van ladder. Ons ondernemingsplan vergt van beide partijen dat ze denken en handelen vanuit één organisatie. Je hoort niet meer bij een specifiek organisatieonderdeel, maar bij Rijkswaterstaat als geheel. Je beweegt mee met het werk. Daarnaast hebben we het ideeënmanagement nieuw leven ingeblazen met als thema ‘boter bij de vis’. Op de laatste managementconferentie hebben we medewerkers hun ideeën laten presenteren, waarbij een panel samen met het publiek bepaalde wat goede ideeën waren. Mensen met goede ideeën kregen een cheque en een begeleider om het idee zelf verder te brengen. Deze aanpak geeft mensen energie en zelfbewustzijn, en daar doen we het als organisatie allemaal voor. Het is een mooie invulling van ‘elke dag beter’.”
Samen met anderen
“‘Samen met anderen’ vergt dat we luisteren naar de omgeving”, legt Bijsterbosch uit. “Wat vraagt men van ons? Onze positionering vraagt om omgevingsgerichte en klantgerichte competenties. Daar moeten we in verbeteren. We hebben zeer diverse functies. Een weginspecteur is voor de maatschappij het gezicht van Rijkswaterstaat. Zijn werk behoort ook tot onze kerntaken. Daaromheen zit in zekere mate een flexibele schil. Zo verschilt de mate waarin wegen moeten worden aangelegd, bijvoorbeeld, van jaar tot jaar. De aanleg wordt door de markt uitgevoerd in opdracht van Rijkswaterstaat. Voor de aanleg- en onderhoudssector is er samen met de Rijksgebouwendienst, ProRail en nu ook enkele grote gemeenten een Projectenacademie opgezet, waar we in samenspel met onze marktpartijen het projectmanagement verder opleiden.”
Arbeidsmobiliteit
“De vraag is hoe je als overheidsorganisatie mobiliteit in de genen van je medewerkers krijgt, terwijl we zo’n grote rol spelen in het waarborgen van de veiligheid in Nederland. Het betekent dat je als werkgever medewerkers en leidinggevenden continu helpt om de optimale werkplek te vinden, binnen Rijkswaterstaat of erbuiten. In ons Corporate Mobiliteitscentrum begeleiden we mensen van werk naar werk. Daar waren we binnen het Rijk snel mee. We sturen op respect voor mensen en hun talent – leidinggevenden onderzoeken welke meerwaarde hun teamleden hebben voor Rijkswaterstaat en helpen ze om de werkplek te bereiken waar ze optimaal tot hun recht komen. Er zijn gelukkig verschillende laagdrempelige manieren om kennis te maken met iets nieuws – denk aan opleidingen, stages of detacheringen – en om het loslaten gemakkelijker te maken. Het is goed om elders ervaring op te doen. En medewerkers komen soms ook weer terug. We hebben bijvoorbeeld iemand een paar jaar uitgeleend aan een grote gemeente. Nu is hij weer bij ons terug, verrijkt en wel. De tijd dat je je hele leven onafgebroken bij Rijkswaterstaat werkte, is voorbij.”
‘Eén Rijkswaterstaat, elke dag beter, samen met anderen’