Fotograaf: Rick Strooper

Micro Focus: Specialist die veilig moderniseert

Overal ter wereld maken ondernemingen gebruik van applicaties die soms al tientallen jaren meegaan. Veel bedrijven zoeken nu naar mogelijkheden om deze toepassingen te moderniseren, zodat ze beter aansluiten op de nieuwste technologische ontwikkelingen. Micro Focus helpt bedrijven hierbij met een uitgebreid portfolio aan oplossingen.

Micro Focus International plc heeft al 33 jaar ervaring met applicatiebeheer en het moderniseren van applicaties. Wereldwijd telt het bedrijf meer dan 1100 medewerkers en meer dan 18.000 klanten. De resultaten van 2009 wijzen uit dat het heel goed gaat met Micro Focus. Ondanks economisch zwaar weer heeft het bedrijf toch een groei van 20% gerealiseerd ten opzichte van 2008. In Engeland is Micro Focus beursgenoteerd. Het heeft mondiaal strategische partnerships met IBM, Microsoft en Oracle. Grote banken en verzekeraars, maar ook bedrijven uit andere segmenten en het mkb zijn klant of welkom als nieuwe klant.

Applicatiemodernisering

We spreken met Reza Warnink, algemeen directeur NoordEuropa, in het kantoor in Hoofddorp. “Micro Focus komt voort uit de grootzakelijke markt en is groot geworden met COBOL, dé programmeertaal die vanaf de jaren zestig wordt gebruikt in zakelijke omgevingen. Van hieruit zijn wij geëvolueerd naar een bedrijf dat zich bezighoudt met modernisering van (mainframe)applicaties. Wat wij nu doen, is niet meer voor honderd procent gebaseerd op COBOL. Het kunnen nu ook andere programmeertalen zijn, zoals Java of RPG. Met onze oplossingen geven wij C-level- en IT-budgethouders de middelen waarmee zij de juiste beslissingen kunnen nemen over hun eigen enterprise-applicaties. Wij kunnen bijvoorbeeld inzichtelijk maken of een al lang draaiende applicatie erg veel kosten met zich meebrengt en waar efficiencyslagen te maken zijn. Vervolgens zorgen wij dat de applicatie optimaler gebruikt kan worden nadat wij deze gemoderniseerd hebben, waardoor de kosten dalen. Daar hebben wij alle tools voor. Doordat de onderhoudskosten dalen is er weer meer geld beschikbaar voor innovatie, waarbij IT een cruciale rol speelt. Een bedrijf kan zo flexibeler reageren op veranderingen in de markt door eerder nieuwe of betere diensten en producten aan te bieden. Dit levert een voorsprong op. En hoe sneller de time-to-market is, hoe groter de voorsprong kan worden.”

Sterk antwoord

Waar ligt de kracht van Micro Focus? Warnink: “Wij geven een sterk antwoord op de vraag naar ‘re-use’, waar in tijden van economische neergang nog steeds veel vraag naar is. In plaats van het herschrijven en definiëren of geheel vervangen van applicaties, kan Micro Focus applicaties in eenzelfde format tegen minimale aanpassingen laten draaien. Door ze bijvoorbeeld te verplaatsen van een mainframe- naar een Unix- of Windows-omgeving. Ten eerste kun je zo enorme winst aan de kostenkant genereren. Er is namelijk minder onderhoud nodig en er is een efficiencyslag gemaakt in ongebruikte processen. Ten tweede heb je daarvóór een nieuw platform gecreëerd, waardoor flexibiliteit ontstaat voor de betrokken organisatie. In onze software is bijvoorbeeld ook Microsoft-technologie verwerkt, waardoor je kunt moderniseren en transformeren naar een .NET-omgeving.” Voordat een bedrijf daaraan begint, wil het een duidelijk, gedetailleerd beeld hebben met up-to-date informatie over alle applicaties die bij de verschillende businessprocessen betrokken zijn. Alleen dan kan het moderniseringsproces succesvol in gang worden gezet. Micro Focus helpt bij deze plaatsbepaling en kan daardoor de risico’s die een organisatie bij een modernisering loopt, sterk verminderen. Bovendien kan het oudere applicaties aanpassen door deze te integreren met álle wensen van de markt. Zo wordt de slagkracht van een organisatie groter, en kan deze haar klanten snel en optimaal bedienen met nieuwe mogelijkheden. Dat is belangrijk nu het economische tij weer aantrekt. Micro Focus garandeert continuïteit. Daar ligt de kracht van het concern. Warnink: “Micro Focus heeft dit jaar Borland en de test- en ASQ-divisie van Compuware overgenomen. Hun oplossingen voor het ontwikkelen en testen van applicaties kunnen wij prima gebruiken. Want testen betekent kwaliteitsbewaking. Dat draagt bij aan de continuïteit van bedrijfsprocessen bij de klant.”

Positieve boodschap

Warnink vervolgt: “COBOL, waar Micro Focus bekend mee is geworden, is volledig ingebed in ons dagelijks leven: geld pinnen, telefoneren, online winkelen, mensen laten wachten voor een verkeerslicht; het gebeurt allemaal met COBOL-applicaties. Dat geldt ook voor het afsluiten van een hypotheek of het treffen van een pensioenregeling. Nu wij zelf 33 jaar bestaan en het 50-jarige bestaan van COBOL vieren, zijn wij extra goed gaan kijken naar de risico’s bij onze klanten. Veel bedrijven zijn afhankelijk van de expertise van medewerkers die tegen hun pensioen lopen. Maar gelukkig kunnen wij al die kennis van applicaties nu vastleggen in een ‘repository’. Zo blijft deze kennis binnen de organisatie en kan IT ook in de toekomst veel voor de business blijven betekenen. Wij willen onze positieve boodschap over de wereld verspreiden. Wat Micro Focus doet, komt neer op het versterken van de continuïteit en het reduceren van risico’s, zodat organisaties zich kunnen richten op de veranderingen en bijbehorende kansen in de markt. Ook het ‘oude’ is te moderniseren. Dat is vaak maatwerk, en daar zijn juist wíj met onze ervaring heel goed in. Micro Focus kan met zijn beschikbare technologie de knelpunten ondervangen, al voordat het ergens aan begint. Bovendien testen wij in alle fasen van modernisering. Kortom: Micro Focus doet echt alles voor bedrijven om risico’s te minimaliseren.”

Kampioen in Domeinkennis

Veel organisaties kiezen voor grote, bekende bedrijven als het gaat om het oplossen van IT-problemen. Diepgaande domeinkennis is er veelal niet bij, waardoor de nadruk komt te liggen op technologie. Het gevolg is dat veel projecten mislukken. “Projecten slagen vooral als ook perfecte domeinkennis aanwezig is.”

Overheden en bedrijven zijn constant op zoek naar innovatieve oplossingen om hun langetermijndoelstellingen te realiseren. Total Specific Solutions (TSS) richt zich op het aanbieden en ontwikkelen van deze specifieke oplossingen. “Dat kan TSS omdat het bestaat uit een groep van zelfstandig opererende bedrijven met specifieke expertise in een marktof ICT-segment. TSS bestaat dus uit domeinkenniskampioenen. TSS zelf fungeert daarbij als de holding die faciliteert en orkestreert”, zegt CFO Matthieu van Amerongen. Veel projecten mislukken omdat voor die klussen bedrijven worden ingeschakeld die wellicht wel technische kennis hebben, maar geen domeinkennis, meent CEO Gerrit Oosterhof. “Daardoor wordt onvoldoende rekening gehouden met de specifieke eisen en wensen van de branche waarin de klant opereert. Als je de branche diepgaand kent en daarin specifieke businesskennis ontwikkelt, ben je veel beter in staat om op deze eisen in te spelen. Bij ons draait het feitelijk primair om kennis en komt de technologie op de tweede plaats: wij verkopen geen IT; wij verkopen kennis.”

De bij TSS aangesloten bedrijven – dat zijn er momenteel elf – hebben allemaal een sterke expertise in hun eigen domein: zij kennen de markt, hun klanten natuurlijk en de klanten van hun klanten, vertelt Van Amerongen. “Daarin zit primair onze toegevoegde waarde en daarom gebruiken wij de term domeinkenniskampioenen. Als onderdeel van TSS profiteren de bedrijven van het grotere geheel, van waaruit professionalisering en continuïteit is gewaarborgd.” “We kiezen de beste bedrijven in hun markt – minimaal in de top twee van hun domein – en het is een genot om dat bij klanten onder de aandacht te brengen”, aldus Oosterhof. “Er is bijvoorbeeld geen IT-bedrijf dat meer van de gezondheidszorg weet dan Pinkroccade Healthcare, meer van de hypotheekmarkt weet dan Everest, meer van de autoleasebranche weet dan Co-maker en meer van gemeenten weet dan Pinkroccade Local Government. KZA is wat kennis betreft domeinkampioen in de kwaliteitszorg rond automatisering, TASS meer in embedded software. En sinds kort hebben we een nearshorebedrijf, Yonder, waardoor wij voor klanten ook een financieel aantrekkelijk maatwerkproduct kunnen laten bouwen in Roemenië, en uitbesteding van beheer en onderhoud op bestaande applicaties erg interessant wordt. Testvalue levert optimale kwaliteit in het testdomein. Het is dat amalgaam aan kennis dat ons uniek maakt.”

Garantie

Veel organisaties in Nederland kiezen nog, uit een misplaatst gevoel voor continuïteit, voor grote system integrators, zegt Oosterhof. “Maar daar is het vaak droevig gesteld met de klanttevredenheid en de medewerkertevredenheid. Ook ontbreekt vaak de businesskennis. In het TSS-speelveld geven wij onze bedrijven de slagkracht om aan tafel te komen. Vanuit die positie kunnen zij hun unieke kennis ter beschikking stellen, ook aan grotere klanten. TSS heeft veelal producten die al ontwikkeld zijn, met behulp van onze enorme branchekennis. Door die kennis kunnen we de toegevoegde waarde en continuïteit leveren waar klanten op zitten te wachten. Technisch gezien, om integratie snel mogelijk te maken, kiezen we over het algemeen voor marktstandaarden.” TSS kent een decentrale structuur, vertelt Van Amerongen. “Wij geloven in een dunne holding die faciliteert en coördineert, terwijl de directies van de TSS-groepsmaatschappijen zelfstandig opereren. Zij kennen hun klanten, kennen hun uitdagingen en zitten bij ze aan tafel. TSS geeft als holding de garantie op professionaliteit en continuïteit. Daar willen we ons graag hard voor maken.”

Nieuwe kampioenen

TSS stond en staat op de achtergrond. “Maar nu willen we aan TSS en het unieke concept meer bekendheid geven”, zegt Oosterhof. “TSS heeft inmiddels ook bestuurlijk de zaak op orde. De Raad van Bestuur en de Raad van Commissarissen zijn goed ingevuld. TSS maakt een professionaliseringsslag die je vooral kunt maken als je geen enorme ballast meedraagt. En TSS heeft inmiddels een schaalgrootte die ertoe doet, met een omzet van 175 miljoen en een kleine 1700 medewerkers. TSS zal verder groeien. Als zich nieuwe domeinkenniskampioenen aandienen die de stabiliteit van een groot bedrijf nodig hebben en iets toevoegen aan onze klanten en onze groep, dan willen we die graag toevoegen. Er moet dan een nieuwe markt bediend kunnen worden met kennis en solutions die voor klanten meerwaarde hebben. Voorheen zóchten we bedrijven, tegenwoordig worden we zelf in toenemende mate benaderd.” Van Amerongen: “TSS laat zien dat de kans van slagen van projecten enorm toeneemt als je diepgaande businesskennis kunt combineren met technisch vakmanschap. Wij combineren ‘the best of both worlds’ en dat is uniek in de IT.”

Logius (voorheen GBO.Overheid) laat zien dat het concrete resultaten boekt

De gemeenschappelijke beheerorganisatie Logius ( voorheenGBO.Overheid) biedt publieke dienstverleners een samenhangende ICT-infrastructuur, zodat burgers en bedrijven betrouwbaar, snel en gemakkelijk elektronisch zaken met hen kunnen doen. GBO.Overheid past binnen het streven van de overheid om de dienstverlening aan burgers en bedrijven te verbeteren.

“Wij ontzorgen organisaties met een publieke taak als het gaat om standaard-ICT-oplossingen en dan met name in de primaire processen”, zegt directeur Steven Luitjens van GBO.Overheid. “Je ziet steeds meer gebruik van ICT bij het zakendoen van burgers en bedrijven met de overheid.”GBO.Overheid beheert een aantal basisvoorzieningen die vallen binnen het Nationaal Uitvoeringsprogramma dienstverlening en e-overheid (NUP), waar Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen aan deelnemen. Luitjens:“De grote kracht van het NUP is dat een aantal projecten, die al her en der rondzwierven, in één ordelijk geheel zijn gezet, dat ze van deadlines zijn voorzien en dat we als overheid nu vrij programmatisch toewerken naar het afmaken van een heleboel dingen die al heel lang in de pen zitten. Voor GBO.Overheid is dat een enorme kans, omdat wij een groot aantal basisvoorzieningen uit het NUP beheren of gaan beheren. Het NUP maakt ons dienstenaanbod completer en daarmee aantrekkelijker.”

Standaardisatie van systemen

GBO.Overheid beheert een aantal basisvoorzieningen die in het NUP staan. Luitjens legt uit: “Op dit moment beheren we de producten DigiD voor burgers, DigiD voor bedrijven en de Overheidsservicebus. Dit jaar komen daar de Gemeenschappelijke Machtigingsvoorziening, de Stelselcatalogus (onderdeel van de Gemeenschappelijke Ontsluiting Basisregistraties), de Terugmeldfaciliteit en MijnOverheid.nl bij. Zo beheren we straks basisvoorzieningen die vallen in de categorieën E-authenticatie, E-toegang en E-informatie-uitwisseling van het NUP. Daarnaast hebben we ook nog andere producten die niet in het NUP staan, maar wel van belang zijn voor de e-overheid. Denk aan de Overheidstransactiepoort en PKIoverheid. Wij zijn inmiddels voor 414 overheidsorganisaties  dé toegang tot de elektronische overheid. Steeds meer uitvoeringsinstanties zijn in hoog tempo van ons afhankelijk en stellen ook steeds hogere eisen aan de kwaliteit die wij leveren.”GBO.Overheid focust zich op dienstverlening en interoperabiliteit.

Luitjens: “Wij helpen overheden simpelweg om kosten te besparen en dat zijn niet de minste. Overheidsorganisaties zijn meer en meer onderdeel van netwerken en ketens. Een van de struikelblokken is vaak dat systemen onderling niet kunnen samenwerken en dan hebben we het over technische, semantische en procesmatige interoperabiliteit. Onze processen moeten op elkaar afgestemd zijn en daar zijn wij permanent mee bezig. Wij zijn ook de thuishaven van het Bureau Forum Standaardisatie, het secretariaat van het Forum en College Standaardisatie, dat afspraken maakt over standaarden.”

Met het NUP willen Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen aan de hand van concrete projecten zichtbaar maken hoe de infrastructuur van de e-overheid kan helpen efficiënte dienstverlening te realiseren. Luitjens juicht dit toe: “Het grote voordeel hiervan is dat je daarmee aan de samenleving kunt laten zien dat wat wij doen zoden aan de dijk zet en dat we concrete resultaten aan het boeken zijn. Er is geprobeerd om een brede range van projecten te pakken: er zijn projecten op het gebied van sociale zekerheid, de zorg en de wereld van het vastgoed. Daarmee wordt inzichtelijk gemaakt wat wij nou eigenlijk willen doen aan de modernisering van de overheid.”

 

Green government

Green government plaatst de missie van GBO.Overheid in een nieuw daglicht volgens Steven Luitjens: “Volgens allerlei onderzoeken gaat het energieverbruik door toepassing van ICT dit jaar zelfs het energieverbruik door vliegverkeer voorbij. Aangezien toepassing van ICT onze corebusiness is, hebben wij gezegd dat wij gaan zorgen dat we dat zo goed mogelijk gaan doen. Maar de echte winst zit in groene procesontwikkeling. Wij hebben in ‘groen’ eigenlijk een aanvullende[tekst ontbreekt]

‘We mogen wat minder bescheiden doen’

Er gaat deze herfst een kaalslag plaatsvinden in ICT”, zegt Tom van den Berg, directeur van CIBER. “Alleen de sterkste bomen overleven de storm. Een boom zoals CIBER. Want zo langzamerhand mogen we wel wat minder bescheiden zijn: we behoren intussen tot de grote jongens.”

Het wordt een hete herfst in ICT-land, en niet alleen de bladeren zullen vallen, maar ook veel bomen die zo rot zijn als een mispel, zo meent Van den Berg. “Dit is mijns inziens de zwaarste crisis in de ICT-branche ooit. Ik heb nog geen significante kaalslag gezien, maar dat gaat wel gebeuren. En dan zijn het de kleinere boompjes én de grote reuzen in het bos die het moeilijk hebben. Na de storm staan alleen de sterkste bomen nog overeind.” Dat ook CIBER daartoe behoort, daarvan is Van den Berg overtuigd. “De basis bij CIBER is meer dan goed: een boom overleeft een storm dankzij een stevige stam en stevige wortels. Die wortels, dat zijn onze medewerkers. Bij ons werkt de top uit de ICT-wereld en daardoor zijn wij de meest stabiele boom in het bos. Als onze mensen de wortels zijn, dan vormen onze klanten de stam.” Van den Berg wijst erop dat CIBER een zeer trouwe klantenschare heeft: “Ons motto is ‘committed to the limit’. We zorgen dat een project altijd op tijd en binnen budget wordt afgerond. Dat kunnen we doordat we zowel het ontwerpen als het implementeren en beheren van ICT-oplossingen in één hand houden. We noemen dat ‘ontzorgen’. Met andere woorden: je moet er als bedrijf geen omkijken naar hebben. Voor veel bedrijven is dat een geheel nieuwe ervaring. Vandaar dat we nog nooit een klant zijn kwijtgeraakt. Sterker nog: veel van onze nieuwe klanten krijgen we op basis van mond-tot-mondreclame. CIBER gaat voor de lange termijn en dus koesteren we onze klanten. En als bedrijf zoek je een ICT-partner die kan zorgen voor continuïteit. Ik zeg altijd: ‘U bestaat over tien jaar nog steeds. Dan wilt u toch zakendoen met een partner die dan ook nog bestaat?’ Onze ‘customer intimacy’ is ook hoger dan bij andere ICT-bedrijven. We laten onze klanten continu merken dat wij blij met hen zijn – en dat we ze heel serieus nemen. We staan in het bos bij de grootste bomen, maar toch is de schaduw die we klanten geven niet generiek, maar echt maatwerk.”

Toprankings

Die schaduw is groter dan zelfs CIBER dacht. “We weten dat we het goed doen, maar het is tekenend dat we steeds meer genoemd worden in rankings van top-ICT-bedrijven”, zegt Van den Berg. “We staan zelfs in de top tien van Brown & Wilsons Global Outsourcing Vendors en zijn vijfde in hun ranking van Worldwide Outsourcing Vendors met de hoogste klanttevredenheid. Het Financieele Dagblad geeft ons de achtste positie in het overzicht van snelst groeiende ondernemingen in Noord-Brabant. Bedrijvig Brabant geeft ons de zevende plaats in de lijst met grootste ICT-bedrijven van die provincie. Ook in de Automatiseringsgids, Computable, Management Team en Intermediair stijgen we naar significante posities in diverse rankings. En dan gaat het om rankings als ‘Financieel krachtigste bedrijven’, ‘Top 100 imago’ en ‘Beste werkgever voor allochtoon talent’. Computable/ TNS Nipo noemt ons de meest gewaardeerde ERP-dienstverlener, de Automatiseringsgids vindt ons de best scorende ICT-dienstverlener ten aanzien van personeelsverloop.” CIBER wordt ook steeds meer opgemerkt door de media, zegt Van den Berg. “Deze maand alleen al verschenen we 28 keer in het nieuws naar aanleiding van onze persberichten over CIBER – en dat is allemaal goed nieuws, dat is het aardige in deze tijd. Daarmee krijg je uit onvermoede bron bevestigd wat je in de markt merkt: we worden steeds serieuzer genomen; zo langzamerhand groeien we naar een nummer-éénpositie. Dat mogen we dan ook wel eens naar buiten brengen: we mogen eigenlijk best wel wat minder bescheiden zijn.”

Business intelligence

Die nummer-éénpositie heeft CIBER al bereikt op het gebied van business intelligence (BI). Van den Berg licht toe: “Geen enkele ICT-dienstverlener in Nederland heeft zo veel kennis en kunde in huis op het gebied van BI. Wij hebben op het BI-vlak bijna 150 ervaren consultants in dienst, die allemaal op de hoogte zijn van de laatste technologieën – en dat is écht BI-zonder!” In een recent rapport van Gartner krijgen de BI-activiteiten van CIBER een positieve waardering. Van den Berg: “Goed dat ook Gartner aandacht besteedt aan klantenbeoordelingen. CIBER werd betiteld als een gedreven en toegewijde dienstverlener. Dat is de beste reclame: klantwaardering.” Uniek in het aanbod is dat CIBER het mogelijk maakt om het hele proces van het verzamelen van sturingsinformatie uit te besteden. Deze dienst, ‘BI as a service’, wordt onder meer afgenomen door NXP.

Mainframegebruikers willen over naar open systemen

Uit recent onderzoek blijkt dat ongeveer vijftig procent van alle bedrijven waar een mainframe staat, binnen twee tot drie jaar over wil stappen op open systemen. Vooral kostenbesparing en het vinden van voldoende goed opgeleid personeel zijn de achterliggende drijfveren.

Goed nieuws dus voor Asysco, het bedrijf dat gespecialiseerd is in snelle, probleemloze migraties van Unisys-mainframes naar open systemen. “We hadden het al veel eerder gehoord, maar met dit onderzoek wordt het nog maar eens een keer bevestigd”, stelt Erik van Rikxoort, Chief Executive Officer van Asysco. Romke Wijmenga, Chief Technology Officer, valt hem bij: “We horen natuurlijk veel in onze contacten met klanten. Ook daar krijgen we vaak te horen dat het personeelsvraagstuk zwaar weegt. Logisch ook, want de meerderheid van het personeel dat mainframes bedient is de vijftig gepasseerd. Deze mensen willen niet meer continu bijgeschoold worden in de nieuwste ontwikkelingen en zich nieuwe tools eigen maken.”

Voordelen

Migratie naar een open omgeving met Asysco betekent overigens wel dat juist het oudere IT-personeel zich het nieuwe systeem snel eigen kan maken. Dit komt doordat Asysco het mainframesysteem een op een migreert naar het nieuwe platform, waardoor veel van het oude behouden blijft. Wijmenga: “Bij een complete ‘rewrite’ krijg je een totaal nieuwe omgeving en is er een uitgebreid scholingstraject nodig om het personeel te leren ermee om te gaan. Wat wij doen is veel eenvoudiger: in feite krijgt men hetzelfde systeem, maar dan getransformeerd naar een nieuwe omgeving. Dit biedt veel houvast, waardoor men zich sneller zal inwerken en sneller zal leren omgaan met de nieuwe mogelijkheden.” Bovendien is het eenvoudiger om bij een migratie de historische data te behouden, iets wat in een rewrite veel meer moeite kost. Wijmenga: “Bij een ministerie kwamen we laatst 20.000 banden tegen met informatie, die wel benaderbaar moest blijven. En wat te denken van banken, die met heel veel ‘slapende accounts’ te maken hebben? Ook die moeten opvraagbaar blijven, want zo’n account kan zich na vele jaren melden. Dan moet die informatie snel oproepbaar zijn. Dit soort dingen kun je veel gemakkelijker realiseren met een migratie.”

Doorgroeien

Er blijkt een ware run op de oplossingen van Asysco. “Het gaat momenteel echt snel”, stelt Van Rikxoort. “We blijven maar doorgroeien, terwijl de economie toch niet echt meezit. Maar juist die aspecten van kostenbesparing en de verkrijgbaarheid van personeel zijn voor veel bedrijven de aanleiding om juist nu bij ons aan te kloppen. En dan heb ik het over bedrijven uit alle sectoren, van financiële instelling tot de retail.” Een van de dingen die hierin meespelen is dat open systemen steeds meer als een volwaardig alternatief worden beschouwd. Zo legt Wijmenga uit dat er veel is verbeterd ten opzichte van een aantal jaar geleden. “Het beheer is veel professioneler geworden, de uptimegarantie heeft zich enorm ten goede ontwikkeld en ga zo maar door.” Volgens Van Rikxoort moet ook meegerekend worden dat de schaalbaarheid van open systemen vele malen flexibeler is dan die van mainframes. “Het is heel eenvoudig om er een server bij te zetten. Wil je een mainframe-omgeving uitbreiden, dan heb je niet alleen te maken met extra hardwarekosten, maar ook met tal van andere extra kosten, terwijl de implementatie vaak ook een ingewikkeld proces is.”

Blozen

Hoewel Asysco wereldwijd opereert vanuit Coevorden en vanuit het kantoor in de VS, is er een aantal duidelijke groeimarkten. Een hiervan is Engeland, waar bedrijven mede door de kredietcrisis versneld hun mainframes de deur uit doen. Van Rikxoort: “Zo hebben we laatst de voorpagina gehaald van het gerenommeerde blad Finance on Windows. In het artikel wordt beschreven hoe de Britse bank HBOS Insurance and Investment met behulp van onze oplossingen de overstap maakte. Er wordt zo lovend over ons geschreven, dat je er bijna van zou gaan blozen.” In dat artikel beschrijft de bank hoe eerst uit kostenoverwegingen werd besloten het migratietraject in te gaan. Later kwam ook het inzicht hier een strategisch vervolg aan te geven, om dankzij de migratie na de economische crisis klaar te zijn om op volle stoom verder te varen. Het personeel van de bank moest ook de overstap maken, van Cobol naar Lion (het open systeem van Asysco) en later naar C# .NET. “Maar hiermee zijn we nu wel in staat om nieuwe applicaties en e-commerce-omgevingen te ontwikkelen voor de toekomst”, aldus de bank.

Personeel

Met de groei van de vraag naar de oplossingen van Asysco, neemt ook de behoefte aan gekwalificeerd personeel bij dit concern toe. Anders gezegd: Asysco blijft sterk groeien. Mede dankzij de minder gunstige arbeidsmarkt voor IT-professionals, kan Asysco momenteel goed aan nieuw personeel komen. “Laatst hadden we vierhonderd aanmeldingen voor één vacature voor onze vestiging in de VS”, weet Van Rikxoort. “Wat we ook meemaken is dat een klant personeel te veel heeft na een migratietraject. Als daar goede mensen tussen zitten, kunnen ze overwegen om bij ons aan de slag te gaan. Verder bezoeken we nog steeds de HBO-dagen en houden we het normale wervingstraject in stand. We kunnen hierdoor nog steeds goed aan genoeg personeel komen om de groei het hoofd te bieden.”

‘Essentie bedrijf is startpunt voor verbetering’

“Kijk niet vanuit het perspectief van de ICT naar een organisatie, maar kijk vanuit het perspectief van de organisatiekunde. Dan bestaat de organisatie uit mensen die met elkaar afspraken maken. ICT is ervoor om juist dat te ondersteunen.” Dit stelt ir. Joop de Jong, managing director van Mprise, tot voor kort bekend als Dynaprise.

Hij is oprichter van het IT-concern, dat zich met een breed pakket van diensten en oplossingen richt op ondersteuning van informatiestromen binnen een organisatie. Mprise is gespecialiseerd in technische implementatie en beheer van Microsoft Dynamics-software en gerelateerde ERP-oplossingen. Mprise werkt voor overheden, banken, verzekeringsmaatschappijen en andere grote ondernemingen aan een optimale inzet van ICT voor de ondersteuning van mensen. Het dienstenpakket is heel breed: van beheer tot training en van technisch advies tot technische implementatie.

Whitebox

Waar Mprise zich in onderscheidt, is de uitgesproken, onderscheidende visie. De Jong: “Veel consultants hebben een ‘blackboxvisie’. Ze zien bedrijven en afdelingen als zwarte dozen. Je stopt er wat in en aan de andere kant komt er weer wat uit. Je meet wat eruit komt en op basis daarvan kun je bijsturen. Zo werken managers eigenlijk ook. Ze zien wat er uit het systeem komt en sturen aan de hand daarvan bij. Maar als je intern niets verandert, zal er uiteindelijk niets echt veranderen. Daarom zeggen wij dat je een organisatie moet zien als een grote machine die draait, waar dingen ingaan en weer uit komen. Je moet dus onder de motorkap kijken en aan de motor sleutelen. Dat betekent in organisatietermen dat je moet kiezen voor de ‘whiteboxbenadering’. Wij praten dan ook over enterprise engineering. Er zitten allerlei mensen die processen uitvoeren: bedrijfsprocessen, informatieprocessen. Die moeten allemaal goed op elkaar aansluiten, want anders wordt niet het maximale uit een organisatie gehaald. Daar houden wij ons mee bezig.”

Geoliede machine

De Jong benadrukt dat ook een blackboxperspectief nodig is, maar omdat dit al zo veel wordt gedaan, richt Mprise zich vooral op de whiteboxbenadering. “Wij zien de organisatie als de geoliede machine die ze met zijn, waarin alle onderdelen naadloos op elkaar aansluiten. Wanneer wij bij een bedrijf komen, treffen wij vaak heel veel applicaties aan: twee- tot driehonderd pakketten. Je kunt je dan afvragen hoeveel mensen echt bezig zijn met dingen die vanuit een goed constructiemodel van de organisatie belangrijk zijn. De manager heeft het gevoel dat die twee-, driehonderd applicaties misschien wel teruggebracht kunnen worden tot veertig. Als dat inderdaad zou kunnen, zijn die mensen dus niet optimaal bezig. Dan presteer je dus niet optimaal als organisatie. Wij maken heel duidelijk onderscheid: of je gaat de organisatie veranderen of je gaat de huidige organisatie optimaliseren. Dat begint met het maken van een whiteboxmodel van de organisatie.”

Pizzeria

Ter illustratie laat De Jong een schematische voorstelling van een pizzeria zien. “Heel simpel: je hebt een balie, er wordt gebakken en er wordt bezorgd. Dit is een whiteboxmodelletje van een pizzeria, op hoofdlijnen. Maar elke pizzeria ziet er natuurlijk net iets anders uit. Wij praten hier over de essentie, terwijl er talloze verschillende implementatievormen zijn. De een heeft een balie, bij de ander bestel je via internet, weer een ander heeft een callcenter en ga zo maar door. Maar de essentie is de basis. De informatiebehoeften van de actoren – de verschillende basiselementen van een bedrijf – zijn hiermee losgekomen van de implementatievormen.” Hij wijst weer op het schema van de pizzeria: “Je ziet hier de verschillende actoren: de bakker, de afhandelaar en de bezorger. Je moet je afvragen wat voor informatie ze moeten hebben en welke tools ze nodig hebben om hun werk te kunnen doen. De hele informatievoorziening kan dus afgeleid worden van deze actoren. Hier kun je een optelsom van maken. Maar dan moet je dus wel al die actoren in kaart hebben gebracht.”

Selectie

Bij een selectieproces van software, bijvoorbeeld een ERP-pakket, wordt volgens De Jong nog te vaak alleen gekeken naar enerzijds het pakket en anderzijds de organisatie. Er wordt gekeken of de gewenste functies aanwezig zijn en daar vloeit een shortlist uit van een aantal pakketten dat functioneel voldoet. De Jong: “Dat zegt dan nog niets over de vraag of de pakketten passen in de organisatie. Maar er worden demo’s gegeven en die worden beoordeeld door een aantal gebruikers of mensen die wat weten van de organisatie. Maar ze opereren vanuit een eigen perspectief, niet vanuit de behoeften van de organisatie. Ze kijken naar schermpjes, hebben op- en aanmerkingen en sturen wat bij. Dit wordt een aantal keren gedaan en dan wordt uiteindelijk de keuze gemaakt. Wat je dan echter krijgt, is dat je vaak al tijdens de implementatie ziet dat het pakket niet naadloos aansluit bij de eisen en wensen van de organisatie. Dat er gaten zijn of overlappingen. Dan moet er maatwerk aan te pas komen om dat op te lossen, iets waar niet in was voorzien.” De Jong besluit: “Daarom proberen wij breder te denken, vanuit het whiteboxmodel. Hierin staan de mensen in een organisatie centraal, want het draait altijd om de communicatie tussen mensen. Zij vormen de actoren. Daarom gaat het om de ondersteuning van de communicatie tussen de mensen. Wat je uiteindelijk bereikt, is natuurlijk IT Business Alignment.”

Samen ondernemen en businesscontinuïteit bieden

De specialisten van de bedrijven van CSN Groep bereiken optimale resultaten door goed persoonlijk contact met relaties, nuchterheid en kennis. Succes is er ook omdat CSN Groep voor ieder afzonderlijk IT-aspect de specifieke expertise biedt. Kortom, CSN Groep acteert zoals je van rasondernemers mag verwachten.

“Met de producten die we voeren bieden we niet zozeer het onderscheidende vermogen. Al weten we door kennis en ervaring goed welke producten aansluiten bij welke klanten en strategie; het zijn vooral onze diensten waarmee we ons onderscheiden”, start Mathijs Bakker, algemeen directeur, het verhaal over CSN Groep, dat staat voor Continuity Services Nederland. CSN Groep is een holding met een zevental IT-bedrijven en telt 120 medewerkers. De kern van de activiteiten ligt in het ontwerp, de levering, de implementatie en het beheer van IT-infrastructuur. In 1996 startte Bakker met CAD Services, gericht op werktuigbouwkundige ontwerpen, waarna in 1999 NET Services opgericht is, vanuit de vraag om mee te denken over de UNIX IT-infrastructuur. Op basis van de behoefte van klanten aan regionale ondersteuning is vervolgens SMART IT Services ontstaan. DATACENTER Services biedt inhoud op de vraag naar managed services, managed hosting en shared services. FLEX IT Services staat borg voor het leveren van gespecialiseerde IT-professionals. Verder is dit jaar CRANEO aan CSN Groep toegevoegd, een bedrijf dat zich richt op de (her)inrichting van computerruimtes. Alle onderdelen van CSN Groep zijn zelfstandig opererende BV’s die in de markt staan met hun eigen naam en specialisatie. Het gezamenlijke doel is het verzorgen van optimale businesscontinuïteit. Bakker: “Onze organisatie is organisch gegroeid. Door de huidige structuur van CSN Groep hebben we optimale aansluiting bij onze klanten. Dat is wat ondernemers in het mkb+-segment, dus vanaf zo’n vijftig geautomatiseerde werkplekken, van ons verwachten. We ondernemen samen. Hun groei is de onze en omgekeerd.”

Goed luisteren

De ondernemerskwaliteiten van CSN Groep werken aanstekelijk binnen het mkb+-segment. De klantenkring uit deze groep, die rond de 1500 ligt en nog steeds toeneemt, is divers en biedt daarmee een gezonde basis voor de organisatie. Het crisisfenomeen heeft de ingang niet gevonden; ook voor 2009 voorziet CSN Groep groei. “Wij zien IT als middel, niet als doel. Het belangrijkste is dat we waarde kunnen toevoegen bij onze klanten. Dat doen we door goed te luisteren en er bij calamiteiten snel te zijn”, vertelt Erik van der Ven, Marketing Manager, over het succes van CSN Groep en haar bedrijven. “Is een systeem uit de lucht, dan moet er direct ondersteuning zijn. Oplossingsgericht denken én daarnaar handelen is kenmerkend voor de mentaliteit binnen CSN Groep.” Dat spreekt ook organisaties uit het enterprisesegment aan, blijkt uit het grote aantal klanten uit bijvoorbeeld de financiële en universitaire wereld. Luisteren naar de klant betekent ook zo nu en dan een ontwikkeling terugdraaien. Daar waar veel andere organisaties vasthouden aan een investering, gaat CSN Groep voor optimale service. Bakker: “Ook wij denken na over ‘scale of economy’ en hebben een tijd geleden onze servicedesks gecentraliseerd. Het bleek dat we daardoor van onze klanten verwijderden, waardoor onze toegevoegde waarde verminderde. Die klant voelde ook dat er iemand aan de andere kant zat die niet alle ins en outs wist. Nederland is klein, maar dit werkte niet.” In 2008 zijn de servicedesks weer gedecentraliseerd, met een merkbaar betere serviceverlening als resultaat. “Waar het nodig is, blijven we dicht bij de regionale economie. Wat we landelijk kunnen doen, zoals we bij NET Services met UNIX/storage- en -datamanagementspecialisme doen, kan bij een Citrix-implementatie of een Microsoft-issue niet altijd. Dat moet dan vanuit de regio gebeuren en iemand van ons moet er binnen korte tijd zijn. Dat past bij het mkb. Bellen en geholpen worden”, vult Van der Ven aan.

Verschil maken

CSN Groep is kennispartner voor klanten. Hiervoor werkt de organisatie samen met partijen als HP, EMC, Microsoft, VMware, Citrix en Cisco en streeft naar een hoge mate van certificering voor de eigen medewerkers. Ieder van de zeventig engineers bezit verschillende certificeringen. Zo snijdt het mes aan twee kanten. Zowel aan leveranciers als aan klanten kan de organisatie toegevoegde waarde bieden. Van der Ven: “Met ons volume hebben we besloten om alleen die specialismen te voeren waarmee we onderscheidend kunnen zijn en echt de toegevoegde waarde kunnen bieden waaraan onze klanten behoefte hebben. In onze bedrijven zitten echt mensen die passen bij de klanten van die organisaties. We hebben een skill matrix, waardoor iedereen weet waar welke expertise zit. Medewerkers kennen elkaar via de nationale techniekdagen die we minstens twee keer per jaar organiseren.” “Hetzelfde geldt voor onze verkooporganisatie. Omdat veel medewerkers een gezonde mate van ondernemerschap bezitten, is er sprake van crossselling binnen de groep”, vult Bakker aan. Volgens hem is binnen CSN Groep bovendien het percentage eigenwijze mensen hoog. Hetgeen zorgt voor een constante instroom van nieuwe ideeën, kansen, uitdagingen en werkplezier. “Dit houdt onze organisatie dynamisch en lenig. We geven iedereen de kans om het verschil te maken, maar ook verantwoordelijkheid te nemen. Gaat iets niet zoals verwacht, dan lossen we dit eerst met de klant op en kijken daarna naar kosten. Aan afschuifsystemen doen we hier niet; daar zit geen klant op te wachten.”

‘Wij laten IT echt van waarde zijn’

Hoe kun je de waarde van IT voor een bedrijf nog verder vergroten? En: hoe kun je de waarde van een bedrijf laten toenemen door toepassing van IT? Dit is de kern van de benadering van Ernst & Young IT Advisory.

IT moet, net als andere bedrijfsinvesterin­gen, rendement opleveren. Frank Harmsen, Executive Manager IT Advisory, legt uit: “Daar waar toepassing van informatietech­ nologie zich tot voor kort vooral richtte op kostenreductie en risicobeheersing, wordt nu vooral op waardevermeerdering gemikt. De effectiviteit van IT vergroten we door alle drie de aspecten in hun samenhang te beschouwen: waardevermeerdering, risicomanagement en kostenrationalisatie. Je moet niet alleen naar IT als kostenpost kijken, maar je moet ook bepalen hoe je IT kunt inzetten als ‘enabler’ van jouw bedrijf. Dan pas gaat IT van echte waarde zijn.”

Transformatie

IT Effectiveness is ook een hulpmiddel voor transformaties: strategische program­ ma’s met veelal als doel een significante rendementsverhoging van een organisatie. Harmsen: “Vaak vormt IT in transforma­ ties eerder een belemmerende factor dan een ‘enabler’. Door de effectiviteit van IT te vergroten, wordt ook de slagingskans van een transformatie groter.” Een sterk punt van Ernst & Young is de wereldwijde levering van diensten die door de lokale praktijk worden vertaald naar de situatie ter plekke; ‘global for local’. Harmsen vervolgt: “IT­functies en transformaties zijn voor een deel cultureel bepaald, en je moet als adviseur wel onderdeel van de cultuur zijn om de finesses van een cliënt goed te kunnen begrijpen. De wereldwijde aanwezigheid van Ernst & Young biedt natuurlijk grote voordelen op het gebied van het delen en managen van kennis en ervaring.”

Brede dienstverlening

Ernst & Young is van oudsher een van de grootste en best gewaardeerde dienst­ verleners van Nederland en telt meer dan 4500 hooggekwalificeerde medewerkers als accountants, belastingadviseurs, juristen en adviseurs. Monique Otten, partner van Ernst & Young Advisory, geeft leiding aan de Belgische en Nederlandse IT Advisory­ praktijk en vertelt dat daarbinnen ruim 150 adviseurs met een IT­competentie vallen.

De dienstverlening die IT Advisory biedt is breed. We noemen er slechts enkele: Information Security, Information Management & Analysis Services, ERP Advisory, IT Transformation en, natuurlijk, IT Effectiveness. Otten: “We onder­ scheiden ons doordat wij in staat zijn om met al onze disciplines op een integrale wijze naar de cliënt te kijken. We hebben onze wortels in de accountancy en we hebben hierdoor veel verstand van het be­ heren van kosten en risico’s, maar ook van waarde. Dat combineren we met onze IT-­kennis, die we onder meer vanuit de EDP-­auditpraktijk hebben opgebouwd. Met deze bagage beoordelen we de IT-­functie van onze cliënt, we adviseren hem hoe die functie effectiever kan worden en helpen hem ook met die verbetering.”

Effectiviteit van IT

Om de effectiviteit van IT te meten en te vergroten, gebruikt Ernst & Young het IT Effectiveness­raamwerk. Harmsen legt uit: “We hebben onze kennis en ervaring op het gebied van de IT­functie gebundeld in een raamwerk, waarmee we niet alleen de huidige situatie beoordelen, maar ook een verbeterplan ontwikkelen. Dat kan voor de hele IT-­functie, maar ook voor delen ervan. We kijken naar een veel­ heid van aspecten. Bijvoorbeeld naar de mate van afstemming tussen bedrijfs­ en IT-­strategie, en hoe de kosten van IT zich verhouden tot de opbrengsten. Vaak bestaan over die kosten onjuiste percep­ ties, mede omdat vaak enkel de kosten van de IT­-organisatie (in plaats van de bredere functie) in beschouwing worden genomen. Maar we kijken ook naar de manier waarop risico’s in voldoende mate worden beheerst, en hoe IT project­ en programmamanagement functioneren. Wordt er bijvoorbeeld een businesscase gemaakt, en wordt hierop daadwerkelijk gestuurd? Een ander belangrijk aspect is de mate van ‘compliance’ binnen de bedrijven. Voldoet een IT­-functie aan de wet­ en regelgeving, die steeds strikter wordt en ook behoorlijk aan verandering onderhevig is? En uiteraard bekijken we ook de wijze waarop leveranciers worden aangestuurd en de manier waarop IT­ diensten worden ontwikkeld en geleverd. Uiteindelijk komt het erop neer dat een cliënt wil weten hoe hij meer rendement kan halen uit zijn IT-­investering; hoe IT effectiever kan worden ingezet.”

Otten vult aan: “IT Effectiveness beoordeelt, verbetert en controleert. We kijken naar vier IT­deelgebieden: de afstem­ ming met de strategie, de effectieve besturing, de efficiënte uitvoering en het meten van prestaties. Met in alles ver­ weven de combinatie van waardecreatie, kostenrationalisatie en risicomanagement.”

Trusted advisor

Ernst & Young is met zijn aanpak druk bezig om de top in de markt van IT Advisory te bereiken en doet dit vanuit een volstrekt onafhankelijke positie. De adviseurs van Ernst & Young kunnen hierdoor objectief en onbevooroordeeld te werk gaan. Otten: “We hebben als Ernst & Young natuurlijk een naam hoog te houden. We redeneren vanuit de rol van ‘trusted advisor’ van de CIO, die een brug slaat tussen business en IT, en wij staan hem daarin terzijde. We verlenen volstrekt onafhankelijk advies en we kunnen helpen het aanbevolen traject te implementeren. Hierbij combineren we onze diepgaande kennis van de klant met onze wereldwijd aanwezige expertises op de eerdergenoem­ de deelgebieden.”