Auteur: Edwin Donkers

Inzicht in een waardevolle toekomst
Martin van Rijn, CEO van pensioenuitvoeringsorganisatie en coöperatie PGGM, verwacht dat 2012 in het teken zal staan van het nieuwe pensioencontract, inzicht en nieuwe samenwerkingsvormen.

“Komend jaar wordt transparantie nog belangrijker en zal er gerichter over pensioen gecommuniceerd moeten worden”, aldus Van Rijn. “Communicatie over kosten en risico en over hoe deze twee onderwerpen elkaar beïnvloeden, gaat komend jaar een nog grotere rol spelen. De uitdaging voor PGGM zal zijn om namens de klanten (de pensioenfondsen) goed uit te leggen welke risico’s er zijn en welke je wel en welke je niet wilt nemen, zodat hun deelnemers beter inzicht krijgen in wat er gebeurt, bij zowel zwaar weer als mooi weer. Daarnaast zullen we volop aandacht besteden aan de waardevolle toekomst: wat moet je straks allemaal doen met je pensioen en eventuele aanvullende voorzieningen.”

Van transparantie naar inzicht

“Bij die vraag moet je je realiseren dat een waardevolle toekomst er voor de een anders uitziet dan voor de ander”, vervolgt Van Rijn. “Die individualisatie zal zich de komende jaren alleen maar doorzetten. Daarom werken we sinds begin dit jaar samen met de Rabobank en hebben we gezamenlijk het initiatief ‘Samen voor later’ opgezet. Via de website www.pggm.nl/samenvoorlater biedt PGGM als coöperatie haar leden actueel inzicht en overzicht in hun huidige pensioensituatie en de impact daarvan op hun financiële toekomst. Indien gewenst, kan het lid met deze informatie naar de Rabobank voor advies over oplossingen om een eventueel pensioentekort aan te vullen. Deze service zal voor veel mensen een belangrijk hulpmiddel worden om een realistische inschatting te kunnen maken van hun financiële toekomst. Op basis daarvan kunnen ze besluiten om extra maatregelen te nemen, of besluiten dat juist niet te doen. De onzekerheid die we op dit moment bij veel mensen zien, komt voor een belangrijk deel voort uit het ontbreken van inzicht. Als reactie op dit gebrek aan inzicht worden soms aanvullende producten aangeschaft, terwijl dat misschien helemaal niet nodig is. De focus moet verschoven worden van transparantie, waarbij je alleen informatie beschikbaar stelt, naar inzicht, waarbij mensen daadwerkelijk begrijpen wat de informatie die ze krijgen inhoudt. In dit licht heeft PGGM de Pensioenverkenner ontwikkeld, een innovatieve onlinetool die de individuele deelnemer laat zien welke invloed variabelen zoals pensioenleeftijd en risico hebben op zijn of haar pensioen. De PGGM Pensioenverkenner is bedoeld om de complexe pensioenmaterie inzichtelijk te maken voor de deelnemers van onze klanten, de pensioenfondsen. Aan de hand van persoonlijke pensioengegevens wordt een grafiek gegenereerd waarin mensen zelf kunnen zien wat meer of minder risico, langer of korter werken en (extra) sparen betekenen voor hun pensioen. Door in de PGGM Pensioenverkenner de bijbehorende schuifjes aan te passen, wordt zowel grafisch als in cijfers zichtbaar wat de gevolgen zijn voor het te verwachten pensioen. Met de demo van de PGGM Pensioenverkenner (www.pggm-pensioenverkenner.nl) kan ook inzichtelijk worden gemaakt welk effect bepaalde besluiten in de pensioenwereld kunnen hebben op de hoogte en zekerheid van het pensioen.”

Coöperatiegedachte

“Nieuwe vormen van samenwerking, met name op de domeinen pensioen, zorg en wonen, worden steeds belangrijker. Daarbij gaan ook de niet-materiële aspecten van een waardevolle toekomst een rol spelen, zoals het voorkomen van eenzaamheid bij ouderen. Hier kun je moeilijk voor sparen of je voor verzekeren. Daarom zijn we in gesprek met organisaties om een soort marktplaats te ontwikkelen, waar bij wijze van spreken vraag en aanbod van aandacht en gezelschap bij elkaar kunnen komen. De coöperatiegedachte is bij het aangaan van nieuwe samenwerkingsverbanden voor ons leidend. De Verenigde Naties hebben 2012 uitgeroepen tot het Internationale Jaar van de Coöperaties. De VN zijn van mening dat coöperaties positieve invloed hebben op het terugdringen van armoede, het creëren van werk en het bevorderen van de sociale integratie. In aansluiting daarop willen wij als PGGM samen met belanghebbenden gaan inventariseren wat de coöperatie voor hen nu eigenlijk inhoudt, met name op het aspect lidwaarde. Wat is de invloed van de leden op je beleid en hoe kun je daarover verantwoording afleggen? We gaan onderzoeken of we de coöperatieve gedachte breder kunnen neerzetten, omdat er nu eenmaal een rechtstreeks verband bestaat tussen deze bedrijfsvorm en de wijze van bedrijfsuitoefening. Het feit dat PGGM een coöperatie is, betekent dat we primair gericht zijn op kwaliteit van onze dienstverlening, het bieden van toegevoegde waarde aan onze klanten en leden, en continuïteit van ons bedrijf. In de tijd dat coöperaties werden opgericht draaide het erom gezamenlijk risico’s te dragen of waarborgen te creëren in een onzekere wereld. Hier draait het nog steeds om en het wordt in de nabije toekomst zelfs nog belangrijker. En om de domeinoverschrijdende vraagstukken van morgen op te pakken, zullen we samenwerking met andere partijen zoeken. Hierin kan iedere gespecialiseerde partij doen waar ze goed in is en creëren we samen de meerwaarde.”

‘Het draait bij ons om klant en maatschappij’
Mn Services is de belangrijkste pensioenuitvoerder en vermogensbeheerder van en voor de Nederlandse marktsector. Mn Services helpt pensioenfondsen hun doelstellingen tegen lage kosten waar te maken. Transparantie en oog voor de maatschappelijke functie zijn daarbij van essentieel belang.

“We werken dagelijks met het grootst mogelijke begrip voor de mensen voor wie we het allemaal doen”, verzekert Ruud Hagendijk, voorzitter van de Raad van Bestuur van Mn Services. “Ook in de huidige turbulente tijden proberen we de belangen van onze opdrachtgevers en hun deelnemers en gepensioneerden zo goed mogelijk te behartigen. Daarbij dienen we in aanmerking te nemen dat de gehele financiële wereld in een vertrouwenscrisis verkeert. Wij zijn van mening dat je dit vertrouwen alleen maar kunt terugwinnen als je én je werk goed doet én zo transparant mogelijk communiceert over de manier waarop je werkt. Het gaat dan zowel over de kosten die je maakt als over de wijze van beleggen.”

Partnerrol

Wat doet Mn Services om de transparantie te vergroten? Hagendijk: “Wij realiseren ons dat transparantie over kosten en risico’s ook naar deelnemers en gepensioneerden van groot belang is en we communiceren daar open en eerlijk over. Het gaat meestal niet om gebrek aan gegevens bij ons of bij onze opdrachtgevers, maar meer over de manier waarop daarover naar werkgevers en werknemers wordt gecommuniceerd. Om die reden voeren Mn Services en de sector als geheel verdere verbeteringen door om het inzicht in de kosten te vergroten. Mn Services neemt hierbij een voorhoederol in. We werken toe naar een modulaire opbouw, zodat een uniform en daarmee meer transparant beeld kan ontstaan van alle kostenposten. In de praktijk blijkt overigens dat de vergoedingsstructuren van Mn Services altijd in lijn zijn met de belangen van zowel onze opdrachtgevers als die van deelnemers en pensioengerechtigden.”

“Vermogensbeheer voor pensioenfondsen is een kwestie van lange adem, van collectiviteit en solidariteit”, vervolgt Hagendijk. “In onze ogen mag de huidige volatiliteit op de financiële markten en van dekkingsgraden daarbij niet leidend zijn. Hier zit echter wel de emotie: deze leidt tot het beeld dat het niet goed gaat met het pensioen dat wij allen verdienen. Het afgenomen vertrouwen in de financiële wereld leidt tot vragen over kosten die worden gemaakt bij de opbouw van pensioenen. De hele sector, van fondsbestuur tot en met handelaren op en buiten de beurzen, zal zich moeten inspannen om het vertrouwen te herstellen. Transparantie moet niet alleen maar tot méér informatie leiden, maar vooral tot een beter begrip van de werking van de sector. Dit geldt ook voor informatie over de gevolgen die veranderingen in regelingen hebben voor werknemers en werkgevers. Daar moet meer naar behoefte en meer eenduidig over worden gecommuniceerd. Mn Services ziet daar voor zichzelf als uitvoerder voor fondsen een duidelijke partnerrol weggelegd, waarbij onze maatschappelijke verantwoordelijkheid centraal staat. Enerzijds kunnen wij vanuit onze maatschappelijke rol bij marktpartijen kansen creëren door de wens om meer openheid te koppelen aan maatschappelijk verantwoord beleggen. Dat helpt de transparantie in de kosten waar mogelijk te vergroten en het kostenniveau tegelijkertijd laag te houden. Anderzijds hebben wij door de uitvoering van regelingen zicht op de communicatiestromen naar werkgevers, deelnemers, gepensioneerden en slapers. Daarmee kunnen we ontwikkelingen rond het pensioen voor deze groepen via innovatieve producten zo veel mogelijk koppelen aan het nu. Zo komt informatie op een logisch moment bij mensen terecht, waardoor het begrip voor wat onze opdrachtgevers willen vertellen wordt versterkt.”

‘Ons werk is mensenwerk’

Veerkracht

Is uw business er een van cijfers of van mensen? Hagendijk: “Mn Services heeft een sociale oorsprong: wij zijn ontstaan uit de samenwerking tussen werkgevers en werknemers. Ons werk is mensenwerk. Onze opdrachtgevers zijn weliswaar organisaties, maar wel gebouwd op de inleg van miljoenen Nederlanders voor een uitkering boven op hun AOW. Achter iedere premie-inleg, achter iedere euro die wij beheren en achter iedere uitkering die wordt gedaan schuilt een man of een vrouw. Daarvan zijn wij ons terdege bewust en daarom streven wij naar de hoogste opbouw en rendementen en de hoogste kwaliteit van dienstverlening, tegen zo laag mogelijke kosten en met een zo laag mogelijk risico. Dit lijkt een technisch verhaal, maar het heeft in de basis vooral te maken met een goede band met opdrachtgevers en opdrachtnemers. Dat relationele, die passie om gezamenlijk tot een gedegen resultaat voor velen te komen, zit in ons wezen ingebakken: we werken niet voor winstmaximalisatie, maar voor het welzijn van mensen. We zijn geen speculanten, maar beleggers. Tegelijkertijd realiseren we ons dat de onrust op de financiële markt die al vanaf 2008 gaande is, ook zijn effect heeft gehad op onze organisatie. Gelukkig kunnen wij in ons jaarverslag over 2010, dat niet voor niets als ondertitel ‘Veerkracht’ heeft meegekregen, constateren dat Mn Services als organisatie wederom in staat is gebleken zichzelf te verbeteren en te vernieuwen. Daarmee geven al onze medewerkers op bewonderenswaardige wijze inderdaad blijk van een enorme veerkracht. Als je onder zulke extreme omstandigheden al zo lang op het toppunt van je kunnen blijft presteren, dan kan ik daar alleen maar diep mijn pet voor afnemen.”

Nieuwsgierigheid, creativiteit en analytisch vermogen
Mediabureau Universal Media (UM) is al ruim vijfentwintig jaar toonaangevend. Gedreven door nieuwsgierigheid bedenken de mediaprofessionals creatieve en doeltreffende oplossingen voor de – vaak commerciële – vraagstukken waarmee hun klanten worden geconfronteerd.

“We danken ons bestaansrecht en onze snelle groei aan het consistent goede advies en de uitstekende service die we onze klanten geven”, zegt CEO van UM Diederik Breijer. “Dat goede advies komt voort uit het feit dat wij onszelf binnen het snel veranderende medialandschap voortdurend vernieuwen. Daarbij zijn we bovenal nieuwsgierig naar de business van onze klanten: we willen begrijpen wat die inhoudt en welke uitdagingen er zijn. Alleen op die manier kunnen wij onze expertise ten volle inzetten om de business van onze klanten positief te beïnvloeden. We stellen onze klanten soms onverwachte vragen, maar daarmee begrijpen we hun werkelijke behoeften veel beter. Soms wordt het de klant daardoor zelfs duidelijk dat zijn oorspronkelijke vraag aan óns niet scherp genoeg was gesteld. Voor ons is het zo scherp mogelijk krijgen van de klantvraag de fundamentele basis om zinnige oplossingen te kunnen ontwikkelen waarmee we daadwerkelijk impact kunnen hebben op hun business. Aan het eind van de dag is het verifieerbare resultaat het enige wat telt.”

Data

“Een van de onderscheidende kenmerken van onze werkwijze is integratie”, vervolgt Breijer. “We hebben binnen onze organisatie de muren tussen alle verschillende disciplines afgebroken. Die integratie gaat zo ver, dat we geen zichtbare afdelingen meer hebben en iedereen letterlijk naast elkaar zit. Dat vergroot de onderlinge nieuwsgierigheid naar elkaars bezigheden. Maar wat veel belangrijker is: het vergroot ook de nieuwsgierigheid naar de werkelijke behoeften van de klant. Onze pay-off luidt niet voor niets: ‘curious minds for surprising results.’ Het tweede onderscheidende element is dat we relevante context creëren in data. We willen met klanten een gesprek voeren over de vraag: welke businessdrivers kunnen we uit data destilleren waarmee we onder andere nog meer rendement uit investeringen kunnen halen. Dat kunnen keiharde salesdata zijn, maar ook minder voor de hand liggende gegevens. Waar het ons om gaat, is uit te zoeken hoe de verschillende soorten data elkaar beïnvloeden in relatie tot de onderliggende KPI’s. Hiervoor ontwikkelen wij econometrische modellen die veel meer richting geven aan de oplossingen die verzonnen moeten worden. Dat is een veel slimmere manier van strategisch denken en begrijpen dan tot nu toe in onze branche gebruikelijk was. Het derde onderscheidende element waarop UM zwaar inzet is het creëren van partnerships. Dit element vloeit aan de ene kant logischerwijze voort uit onze nieuwsgierigheid en is aan de andere kant het gevolg van ingrijpende veranderingen binnen onze industrie. Van ons wordt verwacht dat wij met oplossingen komen die waarde toevoegen of creëren. Dit doen wij door bijzonder nauw samen te werken met onder andere media-exploitanten en contentmakers. Gezamenlijk ontwikkelen en realiseren wij ideeën voor onze klanten die een heel andere dynamiek brengen voor een merk dan ‘weer een spotje op tv’. Binnen dat gegeven is het niet vreemd als wij zo af en toe op de stoel van het reclamebureau gaan zitten, zonder overigens de pretentie te hebben óók een reclamebureau te zijn. Niettemin lopen hier mensen rond die hun sporen in de creatieve wereld ruimschoots hebben verdiend en daardoor heel goed begrijpen waar het om draait. Een aardig voorbeeld daarvan is de uiterst succesvolle app die we onlangs in eigen huis voor een klant hebben ontwikkeld.”

‘Onze pay-off luidt niet voor niets: curious minds for surprising results’

Menukaart

“De kunst is natuurlijk om al die nieuwe inzichten op de juiste manier toe te passen. Wij hebben een aantal geavanceerde tools ontwikkeld die daar direct aan zijn gekoppeld. Daarmee helpen we onze klanten om de juiste middelen in de juiste balans – paid, owned en earned – in te zetten voor een effectieve communicatiestrategie. Dat betekent niet dat we op voorhand voorbijgaan aan het ‘buikgevoel’ van een goed idee. Het is alleen niet meer van deze tijd als je volstaat met het presenteren van het zoveelste mediaplan, zonder daar verifieerbare scenarioplanning en voorspellingsmodellen op los te laten. We stemmen onze honorering daarom af op de door ons geleverde performance. We maken daartoe vooraf een nauwkeurige inschatting van de te verwachten resultaten, aan de hand waarvan we de plannen bedenken. Tijdens de uitvoering daarvan monitoren we voortdurend de resultaten om te kijken of de vooraf gestelde doelstellingen daadwerkelijk worden gehaald. Wij willen bovenal dat het advies aan onze klanten zo relevant en zo effectief mogelijk is. Om dat te bereiken zijn wij bezig om bijzondere en verschillende soorten professionals in huis te halen die daaraan kunnen bijdragen. Dat kan een strateeg van een designbureau zijn of een consultant van McKinsey. De combinatie van het inzetten van verrijkte data en het onorthodox mixen van ogenschijnlijk niet bij elkaar passende disciplines en mensen geeft een vaak onverwacht, maar in de praktijk doeltreffend resultaat. Met dat verfrissende uitgangspunt winnen we steeds meer nieuwe en spraakmakende klanten. Daarnaast zijn we voor heel veel klanten overigens nog steeds een zeer professioneel opererend mediabureau. Die keuze is uiteraard altijd aan de klant: we bieden een zeer uitgebreide menukaart, maar de klant stelt de maaltijd uiteindelijk zelf samen.”

‘Wij staan voor meer IT-rendement met blijvende impact’

Onafhankelijk managementadviesbureau Quint Wellington Redwood heeft als missie de IT-effectiviteit van zijn nationale en internationale klanten drastisch en blijvend te verhogen. “Onze belofte is: meer rendement op de bestaande IT, betere besturing en meer grip op de organisatie”, aldus directeur Maurice Boon.

 

(red. Arno IJmker ontbreekt op de foto)

Waarmee onderscheidt Quint Wellington Redwood zich van andere managementadviesbureaus? Boon: “Met twee aspecten: allereerst hebben we veelvuldig bewezen heel goed te weten hoe je de effectiviteit van IT binnen je business blijvend kunt vergroten. Onze vele nationale en internationale klanten hebben het rendement en de stuurbaarheid van hun IT-organisatie binnen korte tijd flink zien toenemen. Het tweede aspect is dat we als geen ander weten hoe je, om dat doel te bereiken, het beste gebruik kunt maken van het middel sourcing. Daarbij kunnen we als onafhankelijk managementadviesbureau ook adviseren om juist niet, of nóg niet te outsourcen.”

Blijvende impact

“Met die twee aspecten bieden we onze klanten meetbare toegevoegde waarde”, vervolgt Boon. “Een opdracht moet in onze opvatting echter niet alleen meetbaar resultaat opleveren, maar vooral structurele en dus langdurige impact hebben. Onze mensen zijn van huis uit dan ook geen IT’ers, maar bedrijfskundigen, bedrijfseconomen en bedrijfspsychologen. Wat zij met elkaar gemeen hebben, is dat ze IT als middel zien en niet als doel. Ze beschikken over de capaciteit om een situatie snel en grondig te analyseren en koppelen die aan hun communicatieve vaardigheden, om zo de brug te slaan tussen IT en de business. Kortom, ze bekijken hoe IT ingezet moet worden om organisaties effectiever, efficiënter en winstgevender te laten opereren. Het resultaat is zonder uitzondering dat óf de financiële performance omhooggaat via lagere kosten of hogere opbrengsten, óf het innovatieve karakter van een organisatie toeneemt, óf het risicogehalte afneemt. En vaak is het een combinatie van die drie. Met vrijwel alles wat we doen, laten we ons op het resultaat en de blijvende impact daarvan afrekenen. Of omgekeerd: als we zelf niet geloven dat we dat resultaat en die impact kunnen bewerkstelligen, beginnen we er niet aan.”

‘Wij beschouwen regie als een werkwoord’

Menselijke maat

Hoe gaan jullie te werk? Maurice Boon: “Allereerst doorgronden we de business van de klant door kritische vragen te stellen. Ons credo luidt niet voor niets ‘Dare to challenge’: wij durven onze klanten uit te dagen om hun business met onze hulp zodanig te organiseren dat ze er écht iets mee opschieten. Dat houdt in dat we mensen aanspreken op resultaten en dat we dingen die niet goed gaan, durven benoemen. Niet om met ze af te rekenen, maar om de situatie zoals die is objectief te beoordelen en van daaruit te zorgen dat het blijvend beter gaat. We houden daarbij nadrukkelijk rekening met de menselijke maat. Het gaat uiteindelijk om de mensen die het moeten doen. En door oog te hebben voor de problemen die ze kunnen tegenkomen, toon je goed leiderschap. Wij beschouwen regie als een werkwoord en hanteren aan LEAN ontleende technieken om managementfocus en gedragsverandering te realiseren. Het is – zeker bij een groot project – niet eenvoudig om alle aspecten in de hand te houden, maar door dicht op de bal te spelen kun je voorkomen dat er één essentieel aspect uit je vingers glipt. Dat onze aanpak aanslaat, moge ook blijken uit de internationale successen die we boeken. Zo hebben we onlangs een miljoenenopdracht verworven bij de grootste verzekeraar ter wereld. In Nederland werken we naar volle tevredenheid voor onder andere grote financiële instellingen en complexe overheidsorganisaties.”

Dialoog

Het tweede onderscheidende element is sourcing. Hoe gaat Quint Wellington Redwood daarmee om? Managing Partner Arno IJmker, verantwoordelijk voor de sourcing practice van Quint: “Wij bewegen ons al heel lang op het raakvlak van IT en de business, maar we zien dat het raakvlak zelf aan het verschuiven is. IT is binnen een groot aantal organisaties niet meer los te zien van de kritische bedrijfsprocessen. Wij worden dan ook steeds vaker ingezet voor projecten rond business process outsourcing. Onze ervaring zorgt ervoor dat onze klanten het beste uit een deal halen. De beslissing om wel of niet te outsourcen is nu vooral een bedrijfskundige beslissing. Die dient goed gefundeerd genomen te worden, bij voorkeur in de boardroom. Met onze diepgaande bedrijfskundige kennis van IT proberen we een brug te slaan tussen de kloof die vaak nog tussen de CIO en de rest van de board aanwezig is. De COO en de CIO gaan steeds meer van elkaars rollen vervullen, maar daarvoor moeten ze wel weten wat de ander doet. Naarmate er meer geoutsourcet wordt binnen een organisatie, verandert ook de rol van de IT-afdeling. IT’ers moeten zich van expert op een bepaald stukje technologie ontwikkelen naar personen die een deel van de regie op zich kunnen nemen. Dat is een grote omslag, die bij veel organisaties nog gemaakt moet worden. Er is grote behoefte aan mensen die vanuit hun IT-expertise de dialoog kunnen voeren met mensen die de business requirements moeten invullen. Wij kunnen in dat proces de rol van regisseur op ons nemen en de noodzakelijke veranderingen zodanig vormgeven dat onze opdrachtgever uiteindelijk de regie kan overnemen. Op dat moment is ons doel bereikt en kunnen we met een gerust hart vertrekken.”

Een waardevolle, duurzame en ‘hoffelijke’ relatie
Capgemini werkt samen met de Schotse producenten van gedistilleerde dranken The Edrington Group en Beam Inc., die sinds 2008 een gezamenlijke verkoop- en distributiealliantie hebben. Het begon met de ontwikkeling en ondersteuning van Intrepid, het op SAP gebaseerde distributie- en marketingsysteem. Daar zijn sinds kort hostingactiviteiten bij gekomen.

Het SAP-systeem is oorspronkelijk inhouse ontwikkeld. Het werd gebruikt door Maxxium, de voorganger van de huidige alliantie, ter ondersteuning van de verkoop en distributie van de vier toenmalige aandeelhouders The Edrington Group, Beam Inc., V&S en Remy Cointreau. Deze samenwerking evolueerde in 2008 in een nieuw distributiepartnership tussen The Edrington Group en Beam Inc., wereldwijd actief in 24 markten. Deze nieuwe onderneming bleef het Intrepid SAP-systeem gebruiken om de verkoop- en distributiefuncties te ondersteunen. De ontwikkeling en ondersteuning van Intrepid werd uitbesteed. “Voor wereldwijd opererende producenten en distributeurs van dranken is een robuust, maar ook flexibel voorraad- en distributiesysteem een absolute noodzaak”, vertelt Alan Carlile, IT-director van The Edrington Group. “Grotere en kleinere markten verschillen nu eenmaal hemelsbreed van elkaar, waarbij het verschil tussen een paar flessen en vele tienduizenden kratten tegelijk kan zitten.”

Na een strenge selectieprocedure werd Capgemini verzocht om de ontwikkeling en het onderhoud van de SAP-applicaties voort te zetten. “Van alle aan de selectieprocedure deelnemende partijen bood Capgemini onbetwist de beste value for money”, aldus Carlile. “Niet in de laatste plaats omdat het gros van de ontwikkelings- en onderhoudswerkzaamheden in India wordt uitgevoerd. Wij hadden er het grootste vertrouwen in dat het Indiase team in staat zou zijn om zeer dicht op onze business te zitten en tegen relatief lage kosten hoge prestaties te leveren. Na drie jaar samenwerking kunnen wij concluderen dat deze verwachtingen ten volle zijn waargemaakt. Dit heeft tot gevolg gehad dat Capgemini inmiddels ook een tweede contract heeft gewonnen, waarmee het ook onze hostingbehoeften voor zijn rekening neemt.”

Hoffelijk

Hoe zou u de relatie met Capgemini willen omschrijven? Carlile: “Edrington en Capgemini onderhouden een langdurige relatie die ik zou willen kenschetsen als bijzonder hoffelijk, in de zin dat ze is gebaseerd op wederzijds respect. Dat respect vloeit voort uit het delen van de wederzijdse verwachtingen. Het is Capgemini volkomen duidelijk wat wij van hen verwachten in termen van robuuste levering, goede prestaties en adequate respons op de door ons geformuleerde wensen en eisen. Capgemini begrijpt goed met welke hoge kwaliteitsstandaarden wij werken en wat onze criteria zijn om aan die hoge kwaliteitsstandaarden te kunnen blijven voldoen. Anderzijds voldoen wij aan ons deel van de wederzijdse verwachtingen, omdat wij de capaciteiten van Capgemini ten volle waarderen. Al met al hebben we in de loop der jaren een zeer sterke appreciatie voor elkaars aandeel in de relatie ontwikkeld. Aspecten als eerlijkheid, vertrouwen en flexibiliteit spelen daarbinnen een belangrijke rol. Niet alleen om in de dagelijkse omgang prettig met elkaar te kunnen samenwerken, maar ook om wederzijdse kostenvoordelen te bereiken. We hechten bijzonder veel waarde aan het bouwen van menselijke relaties met onze toeleveranciers. Voor de langdurige alliantie met Capgemini is dit uitgangspunt voor Edrington cruciaal. Tot mijn genoegen geldt datzelfde uitgangspunt ook voor Capgemini en daarmee wordt volledig voldaan aan de voorwaarden die in mijn optiek een waardevolle en duurzame relatie kunnen bewerkstelligen.”

‘Het onestopshoppingconcept biedt voor alle essentiële activiteiten één aanspreekpunt’

Flexibel

Welke toegevoegde waarde biedt Capgemini aan uw business? Carlile: “De samenwerking met Capgemini heeft ons in staat gesteld om de ondersteuning van onze wereldwijde activiteiten te verbeteren en tegelijkertijd de kosten daarvan te reduceren. Met het onestopshoppingconcept van Capgemini, waarbinnen applicaties, beheer en hosting zijn ondergebracht, hebben we nu voor alle essentiële activiteiten één aanspreekpunt. Dat verhoogt de snelheid waarmee eventuele problemen kunnen worden opgelost aanzienlijk. Een goed voorbeeld daarvan was de probleemloze overgang van ons eigen global competence center naar dat van Capgemini: er was tijdens die transitie geen moment dat onze business onderbroken moest worden. Datzelfde geldt voor de recente overgang van de vorige hostingsupplier naar de hostingservice van Capgemini, waarbij tevens het crm-systeem werd opgewaardeerd. Het feit dat we voor onze hosting gebruik kunnen maken van een flexibele variant, waarbij we alleen betalen voor de werkelijk afgenomen capaciteit, voegt ook in belangrijke mate waarde toe aan onze business. We kunnen nu zeer eenvoudig opschalen in het geval van hoge capaciteitsbehoefte, maar ook even gemakkelijk weer terugschalen naar minder verbruik. Die flexibiliteit is voor ons zeer belangrijk.”

Doorzettingsvermogen

Hoe verloopt de internationale samenwerking met Capgemini? Carlile: “Edrington bedient wereldwijd meer dan twintig markten in elke tijdzone. Aangezien Capgemini zijn dienstverlening voor ons vanuit India coördineert, hebben alle discussies over deze dienstverlening automatisch een internationaal karakter. Om een beter begrip te krijgen van de specifieke IT-kenmerken van onze verschillende markten, sturen we af en toe Indiase Capgemini-medewerkers naar de landen waarmee we zakendoen. Als het daarbij gaat om wat een goede samenwerking kenmerkt, dan is een voorbeeld daarvan het feit dat bij een dergelijk bezoek aan Rusland de gastheer zich tijdens een Indiase religieuze feestdag zelfs had verdiept in de specifieke eetvoorschriften van zijn gasten. In het algemeen is de relatie met individuele medewerkers van Capgemini bijzonder goed. Ze werken uitzonderlijk hard en ze beschikken over een ongekend doorzettingsvermogen. Ze geven niet op voordat al het werk naar tevredenheid van de klant is uitgevoerd, vastbesloten als ze zijn om de resultaten te bieden die de klant verwacht.”

Het ándere netwerk van hoog opgeleid talent

Randstad Professionals is een van de jongste loten aan de inmiddels 51 jaar oude stam. De activiteiten spitsen zich toe op het bemiddelen tussen hoogopgeleide interimmers met minimaal één jaar werkervaring en opdrachtgevers. Daarbij maakt Randstad Professionals onder meer gebruik van een ‘ander’ netwerk.

Randstad Professionals dekt samen met Randstad Search & Selection en Randstad Graduates de gehele markt van hoog opgeleiden af. Eerstgenoemde bemiddelt voor interimopdrachten, terwijl Randstad Graduates traineeships en startersbanen zoekt voor talentvolle laatstejaars (master)studenten. Search & Selection richt zich op vaste functies. “Gezamenlijk putten we uit een netwerk dat anders en veel groter is dan het netwerk dat iedereen al kent”, aldus directeur Bjørn Toonen. “Ten opzichte van vergelijkbare aanbieders in dit segment onderscheidt Randstad Professionals zich nadrukkelijk omdat we ook kijken naar de veel grotere schil om het bekende netwerk heen. Daarin bevinden zich hoogopgeleide en ervaren professionals die niet direct zo in het oog lopen, maar over dezelfde talenten beschikken als de professionals in het bekende netwerk.”

Latent werkzoekenden

Hoe weet u dat zij over dezelfde talenten beschikken? Toonen: “De bewijsvoering van de effectiviteit van dit concept ligt in de vele succesvolle praktijkvoorbeelden. Zo hebben we onlangs voor een grote Nederlandse multinational vijftien internationale posities ingevuld, waarbij we ook onze buitenlandse vestigingen hebben ingeschakeld. We hebben daarmee tijdens het gehele traject onze opdrachtgever volledig kunnen ontzorgen door alle assessments en interviews te coördineren en uiteindelijk alle vacatures met de juiste personen in te vullen. We werken overal ter wereld op deze efficiënte manier, zodat opdrachtgevers en kandidaten in elk denkbaar land precies weten wat ze van ons kunnen verwachten. Uiteraard zetten we dit concept ook in voor niet-internationaal opererende bedrijven, non-profitorganisaties en overheden.”

Betekent dit nieuwe concept een accentverschuiving naar een andere vorm van bemiddeling? Toonen: “Randstad Professionals maakt inderdaad een duidelijke beweging richting latent werkzoekenden. Uit onderzoek is gebleken dat slechts 10% van de hoogopgeleide beroepsbevolking actief werkzoekend is, terwijl meer dan 50% latent werkzoekend is. Dat gaat dan bijvoorbeeld om mensen die hebben vastgesteld dat zij binnen de organisatie waarin zij werken op een bepaald moment niet meer zullen doorgroeien. Ze zijn dus niet ontevreden over hun huidige positie en ze functioneren prima, maar ze realiseren zich dat ze op termijn ergens anders wél een nieuwe carrièrestap kunnen zetten. Deze talenten komen via ons andere netwerk naar ons toe, omdat ze weten dat wij ze kunnen helpen om hun ambities te realiseren. Dit is ook interessant voor onze opdrachtgevers, omdat deze mensen daadwerkelijk toegevoegde waarde kunnen bieden binnen hun organisatie.”

‘We kijken verder dan de overbeviste vijver van het bekende netwerk’

Toekomst

“Vanuit onze positie als een van ’s werelds grootste aanbieders van tijdelijk werk volgen we ‘het andere netwerk’ nauwlettend. We bieden ook onze opdrachtgevers toegang tot dit netwerk, zodat zij zich niet hoeven te beperken tot de overbeviste vijver van het bekende netwerk. Onze consultants spreken wekelijks vele potentiële kandidaten over hun toekomstplannen en ambities. Daarmee houden ze voortdurend het profiel van elke kandidaat actueel, zodat die als het ware direct uit de startblokken kan gaan op het moment dat de voor hem of haar ideale vacature zich aandient. Van groot belang is daarbij dat alle consultants specialist zijn in hun vakgebieden. Vaak hebben ze daarin zelf al een carrière achter de rug, waardoor ze én precies de taal spreken van de kandidaat die in dat vakgebied actief is én de kandidaat goed kunnen beoordelen. We richten ons op alle basisfuncties die binnen elke organisatie een rol spelen. Concreet zijn we actief op de gebieden Finance, IT, Legal, Engineering, Public, HR, Banking, Customer Contact en Healthcare.”

Gaat het alleen om bemiddeling of ook om training en carrièrebegeleiding? Toonen: “Onze kracht zit in het herkennen van talent en het intensief begeleiden daarvan om het vervolgens op de juiste plek tot ontplooiing te laten komen. Randstad Professionals matcht op drie niveaus: capaciteiten, competenties en cultuur. Daar gaat een uitgebreid assessment aan vooraf, waarin wij inzicht krijgen in het potentieel van de kandidaat. Vaak blijken mensen die een net iets andere opleiding of achtergrond hebben je te verrassen omdat zij over een enorm lerend vermogen en een grote flexibiliteit beschikken. Daardoor ontwikkelen zij zich meestal veel sneller dan vergelijkbare professionals. Onze opdrachtgevers zoeken kandidaten die gemiddeld zes tot negen maanden inzetbaar zijn. Juist voor deze interimmers geldt dat onze opdrachtgevers veel profijt kunnen hebben van snel lerende en flexibele professionals. Essentieel in het proces is dat alle partijen er voordeel bij hebben. De kandidaat, die zijn talent werkelijk kan benutten en met passie en optimale motivatie zijn werkelijke roeping kan volgen. De opdrachtgever, die een veel grotere keuze krijgt aan kwalitatief hoogwaardige en uiterst gemotiveerde kandidaten. En natuurlijk wijzelf, omdat we veel meer opdrachtgevers en kandidaten met elkaar kunnen matchen dan wanneer we uitsluitend uit het bekende netwerk zouden putten. Bovendien stellen we op deze manier voor alle partijen de toekomst veilig, omdat we voorzien dat het toch al krappe aanbod van professionals door de vergrijzing alleen maar verder zal afnemen.”

Brede dienstverlening op hoog niveau

TASK levert als bureau voor projectdetachering en consultancy duurzaam toegevoegde waarde op het gebied van infrastructuur, bouw en vastgoed. Dat doet TASK voor toonaangevende projecten in Nederland door hoogwaardige kennis, kunde en capaciteit te verbinden aan de behoefte van alle stakeholders.

TASK zet daartoe de ondernemersgeest, flexibiliteit en resultaatgerichtheid van zijn medewerkers in. TASK opereert op basis van gelijkwaardigheid, respect, openheid en gedrevenheid. “We zijn bijzonder gemotiveerd om met onze professionals op een hoog niveau kwaliteit te leveren in het voorbereiden en uitvoeren van projecten”, zegt directeur Martin van de Kamp. “Bovendien willen we graag een leuke werkgever zijn voor onze mensen. Door onze langdurige ervaring en door steeds weer te laten zien wat we kunnen, zijn we een interessante marktpartij. Er zijn natuurlijk meer bureaus die geheel of gedeeltelijk kunnen wat wij doen, maar het blijkt steeds weer dat TASK een organisatie is waar marktpartijen bij herhaling op vertrouwen. Ten opzichte van vergelijkbare organisaties onderscheiden wij ons met een breed pakket aan dienstverlening. Naast detachering bieden we ook hoogwaardige advisering middels onze consultancy. Die extra dienstverlening komt voort uit de kwaliteit van de professionals die wij leveren. Het gaat daarbij om een bijzonder hoog gehalte aan expertise.”

Bouwen op mensen

“Ons doel is om continu toegevoegde waarde te bieden aan onze opdrachtgevers”, vervolgt Van de Kamp. “Daarbij is groei geen doelstelling, maar een logisch gevolg van het bieden van constante kwaliteit. We zijn al vijftien jaar trouw aan onze uitgangspunten en de enige variatie die we daarop aanbrengen komt voort uit eventuele veranderingen in de behoefte van de markt. Het toevoegen van consultancyactiviteiten aan ons dienstenpakket kwam ook voort uit een veranderende marktbehoefte, maar die heeft onze uitgangspunten niet aangetast. We bouwen voortdurend aan de relatie met onze klanten en aan de relatie met onze medewerkers. Onze slogan luidt niet voor niets: ‘Bouwen op mensen.’ We doen graag op een heldere, integere en transparante manier zaken met elkaar. De filosofie achter die slogan is dat wij ervan uitgaan dat mensen die tevreden zijn omdat ze goed werk kunnen doen, daarin ook het hoogst haalbare niveau willen bereiken. Dat aspect is voor hoogopgeleide en ervaren professionals minstens zo belangrijk als een goed salaris. Je wilt met plezier naar je werk kunnen, je wilt je capaciteiten ten volle kunnen benutten en je wilt nieuwe vaardigheden en ervaringen opdoen. Dat is dan niet alleen goed voor je eigen professionaliteit en carrièreopbouw, maar natuurlijk ook voor de kwaliteit die wij als organisatie aan onze opdrachtgevers kunnen leveren. Daarmee trekken wij nieuwe projecten aan die weer vraag opleveren naar meer van onze professionals. Zo is de cirkel rond en levert het proces voor alle partijen winst op.”

‘We doen graag op een heldere, integere en transparante manier zaken met elkaar’

Trots

“We besteden extra veel aandacht aan onze mensen omdat ze via ons vaak aan langdurige projecten werken”, aldus directeur Geert Kotter. “Daardoor kunnen ze zich soms meer werknemer van de opdrachtgever gaan voelen dan van ons. We bouwen daarom een groot aantal contactmomenten in. Niet alleen met ons als directie en met de teamleiding, maar ook met collega’s die via ons op andere projecten werken. Dat heeft als voordeel dat er uitwisseling van ervaringen en kennis en kunde plaatsvindt. Daarvan profiteren zowel de professionals als onze opdrachtgevers als wijzelf. We merken dat de mensen die voor ons werken trots zijn op wat zij maken. Wij zijn er op onze beurt trots op dat wij deze mensen bij elkaar kunnen brengen, zodat die mooie dingen gemaakt kunnen worden. Het gaat om zeer prestigieuze projecten, zoals de Betuwelijn, de HSL en de Noord-Zuidlijn. Als je daaraan een bijdrage mag leveren, kun je zeer ervaren mensen langdurig aan je binden. De gemiddelde werkervaring van al onze medewerkers is meer dan 15 jaar en 57% van hen heeft zelfs meer dan 20 jaar werkervaring. Het opleidingsniveau is altijd hbo of universitair. Door die combinatie van hoge opleiding en langdurige ervaring kunnen wij onze mensen op verschillende expertisegebieden aan een project laten bijdragen: hetzij op basis van advisering en rapportage in de voorbereidende fase, hetzij op basis van projectmanagement tijdens de uitvoering. Deze professionals zijn allemaal gewend om zelfstandig leiding te geven binnen grotere en complexe projecten. Wij bieden onze opdrachtgevers continu de mogelijkheid om ‘mee te kijken’ tijdens de uitvoering van een project, waardoor ze tijdens het gehele traject invloed kunnen uitoefenen op het verloop daarvan. Waar bijvoorbeeld ingenieursbureaus meer op de inhoudelijke kant sturen, ligt bij ons het zwaartepunt bij de organisatorische kant. Daarbij spelen ook factoren mee als: hoe zet je een dergelijk project in de markt en hoe geef je het omgevings-, kwaliteits-, risico- en contractmanagement vorm. Wij zijn sterk in het organiseren daarvan en in het selecteren van de geschikte personen om de invulling van de sleutelposities voor hun rekening te nemen. Dat we daarmee in Nederland een leidende positie innemen, moge blijken uit het feit dat we preferred supplier waren van de Betuwelijn en de HSL, en dat nu zijn voor de Noord-Zuidlijn in Amsterdam en het Schiphol-Amsterdam-Almere-project. We zijn dus nog lang niet klaar!”

Hoogwaardige detachering in de gehele bouwketen

TecLine International is als detacheerder van vaktechnisch personeel uit Midden- en Oost-Europa actief in de metaal, de elektrotechniek en de installatietechniek. Door de recente acquisitie van BouwGenius, dat vaktechnisch personeel in de bouw levert, dekt het dienstenpakket nu de gehele bouwketen af.

“Door de overname van BouwGenius kunnen onze opdrachtgevers nu over een totaalaanbod aan dienstverlening beschikken”, zegt Paul Muller, algemeen directeur van TecLine International. “De acquisitie past in onze strategie om zowel autonoom als door overnames verder te groeien in het leveren van vaktechnisch personeel in de installatietechnische, elektrotechnische, metaal- en bouwbranche. We hebben als detacheerder van vaktechnisch personeel al jarenlang een goede naam. Daarbij zijn degelijkheid, betrouwbaarheid en innovativiteit sleutelbegrippen. Vanzelfsprekend zullen we deze kernwaarden ook blijven hanteren nu we actief zijn in de bouwsector.”

Schaarste

Waarom kiest u juist voor vakmensen uit Midden- en Oost-Europa? Je zou verwachten dat er als gevolg van de recessie voldoende aanbod is van Nederlands personeel.

“Er is de afgelopen jaren zeker een rem geweest op de economische groei, waarvan onze sector natuurlijk ook het een en ander heeft gemerkt”, aldus Muller. “Daardoor is de algemene behoefte aan personeel in onze branche weliswaar iets afgevlakt, maar tegelijkertijd constateren we dat de structurele behoefte aan geschoold uitvoerend technisch personeel is gebleven. Door de vergrijzing zal de nu al ontstane schaarste nog verder toenemen. Als specialist in Europese arbeidsmobiliteit zijn we uitstekend voorbereid op toenemende schaarste op de arbeidsmarkt. We werken bewust met vakmensen uit Midden- en Oost-Europa omdat wij met hen voor onze opdrachtgevers aan de hoogste kwaliteitseisen kunnen voldoen. Het vaktechnische opleidingsniveau in die landen ligt op een zeer hoog niveau en de motivatie van specialisten om in Nederland te werken is bijzonder groot. Het is een bekend gegeven dat de Nederlandse jeugd massaal niet voor de uitvoerende technische beroepen kiest, waardoor nu al duidelijk is dat het dreigende tekort niet in Nederland zelf kan worden opgelost. Om aan de toenemende vraag naar geschoold personeel tegemoet te komen, zijn we na een paar jaar weer begonnen met het opstarten van leerlingentrajecten in Midden- en Oost-Europa. Wij doen dat juist daar en niet in Nederland, omdat we voorzien dat uiteindelijk iedereen hier in dezelfde vijver zal gaan vissen. We gaan ervan uit dat de door ons opgeleide jongeren na de afronding van hun opleiding voor onze Nederlandse opdrachtgevers kunnen worden ingezet en zich mogelijk zelfs permanent in Nederland zullen gaan vestigen. Op die manier kunnen we onze opdrachtgevers de zekerheid geven dat we ze ook op de lange termijn een structurele oplossing kunnen bieden voor het dreigende tekort.”‘

Degelijkheid, betrouwbaarheid en innovativiteit zijn onze kernwaarden’

Logistiek

Welke concrete voordelen biedt het inzetten van niet-Nederlandse vakmensen nog meer?

Muller: “Wij werken zeer regelmatig voor grote, landelijk opererende organisaties, waardoor projecten in alle hoeken van het land kunnen plaatsvinden. Juist vanwege het feit dat we vakmensen uit Midden- en Oost-Europa inzetten, kunnen wij hen na afronding van een project moeiteloos en zonder meerkosten naar een andere locatie verplaatsen. Daardoor kan de opdrachtgever direct gebruikmaken van een ervaren ploeg mensen en hoeft hij niet het hele traject opnieuw op te starten. Sommige van onze klanten sturen daar zelfs bewust op, omdat het voor hen aantrekkelijk is om voor een langere periode op een goed ingespeeld team te kunnen rekenen. Uiteraard is het hiernaartoe halen van vakmensen nog maar het begin. Om alle processen in goede banen te leiden is een zorgvuldig uitgedachte logistiek een essentieel onderdeel van onze activiteiten. Dat begint al bij de rekrutering, die we geheel in eigen beheer uitvoeren. We hebben onze eigen rekruteringskantoren in Midden- en Oost-Europa, waar we de kandidaten zelf kunnen ontmoeten en ze optimaal op hun competenties kunnen beoordelen. Daartoe hebben we een webbased, meertalig en competentiegericht matchingsysteem ontwikkeld. Met dat systeem kunnen we nu dus ook personeel voor de bouwbranche efficiënt logistiek inplannen, zodat wij op elk vaktechnisch gebied heel snel grote projecten met de juiste vakmensen kunnen bemannen.”

Garantie

“Naast het rekruteringstraject voeren we ook de logistieke activiteiten rond reis en verblijf volledig in eigen beheer uit”, vervolgt Muller. “In dat opzicht lijken we soms net een reisbureau, vooral omdat we ervoor zorgen dat het onze vakmensen in dat opzicht aan niets ontbreekt. Dat betekent bijvoorbeeld dat ze na de reis uit hun vaderland minstens één goede nachtrust kunnen genieten en dat de onderkomens zelf aan hoge comforteisen voldoen. Wij onderscheiden ons daarmee duidelijk van bureaus die het regelen van reis en verblijf aan de vakmensen zelf overlaten, waardoor soms schrijnende, maar ook uiterst onveilige situaties kunnen ontstaan. Voor ons staat het welzijn van onze mensen voorop. Dat komt voort uit onze overtuiging dat zijzelf daar volkomen het recht op hebben. Bovendien scheppen we daarmee de voorwaarden die onze opdrachtgevers de garantie bieden dat onze mensen altijd hun kwalitatief hoogwaardige werk onder de veiligste omstandigheden voor ze kunnen verrichten.”

Bouwnormalisatie levert veel op

Normalisatie op basis van afspraken tussen alle belanghebbende partijen is inmiddels een breed geaccepteerd instrument. Normen scheppen duidelijkheid, verhogen de kwaliteit en verbeteren de handelsvoorwaarden. Bouwnormalisatie in het bijzonder draagt bij aan veiligheid, duurzaamheid en economische groei in de bouwsector.

Zoals bekend wordt naar verwachting op 1 januari 2012 het nieuwe Bouwbesluit van kracht. Hierin zal normalisatie opnieuw een prominente rol spelen. Op 30 juni heeft minister Verhagen van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie in een brief aan de Tweede Kamer de kabinetsreactie op kenbaarheid van normen en normalisatie verwoord. In deze brief wordt opnieuw het belang van normalisatie als belangrijk instrument voor zelfregulering onderschreven. “De kabinetsreactie sluit aan bij het rapport van de commissie-Dekker uit 2008, dat als kern ‘een terugtrekkende overheid’ had”, zegt Dirk Breedveld, Business unit manager NEN Bouw. “De reactie sluit ook aan bij de Europese ontwikkelingen, met name waar het de zogeheten ‘new approach’ betreft. Deze benadering gaat uit van minimale wettelijke vereisten en laat de uitvoering daarvan via onder andere normalisatie aan de marktpartijen over. Dit vindt wel plaats op basis van gelijkwaardigheid. Dat betekent dat iedere marktpartij met eigen oplossingen kan komen, mits deze ook voldoen aan de minimale wettelijke vereisten. Dat het toepassen van normen dus niet verplicht is, staat ook met zoveel woorden in de brief van minister Verhagen. Tevens moet de toegankelijkheid van normen door zogeheten zwakke partijen zoals mkb-ondernemingen en eindgebruikers gegarandeerd zijn. Om het draagvlak van normen nog breder te maken, kunnen ook zij via normaliseringscommissies bijdragen aan het maken van de norm.”

Consensus

In de aanloop naar het concept-Bouwbesluit heeft NEN Bouw zich tijdens de discussies daarover zo veel mogelijk neutraal opgesteld. Breedveld: “Wij geven geen oordeel over de kwaliteit van wet- en regelgeving: de wetgever bepaalt wat de minimale eisen zijn en wij faciliteren normcommissies bij het maken van normen als bepalingsmethode om aan deze eisen te voldoen. Dat is een proces waarbij vele partijen intensief betrokken zijn, zodat aan het eind consensus wordt bereikt over de beste norm. Er is dus een duidelijke scheiding tussen de wetgever en het bepalen van de beste norm. Een goed voorbeeld van dit proces is de energieprestatienorm die dit jaar in werking is getreden. De wetgever schrijft voor dat gebouwen voortaan moeten voldoen aan een EPC-prestatie-eis van 0,6. Onze normcommissie heeft daartoe de bepalingsmethode vastgesteld en deze wordt nu breed gehanteerd door de bouwsector. De manier waarop deze bepalingsmethode tot stand is gekomen heeft er mede toe geleid dat NEN Bouw recentelijk een groot Europees mandaat heeft verworven op het gebied van Europese implementatie middels normen van de EPBD (Energy Performance of Buildings Directive). Binnen dit mandaat vervullen wij de voortrekkersrol. NEN Bouw speelt binnen Europa sowieso een steeds belangrijkere rol. Zo hebben we een groot aandeel gehad in de totstandkoming en invoering van de Eurocodes. Deze codes bepalen of constructies voor onder andere bruggen, viaducten en gebouwen voldoen aan constructieve veiligheid. De Eurocodes zijn dit jaar in werking getreden, met dien verstande dat de bestaande TGB-normen niet meer worden aangepast. Voor Nederland betekent dit dat met ingang van 1 januari 2012, wanneer naar verwachting het nieuwe Bouwbesluit van kracht wordt, er voor de genoemde constructies uitsluitend nog zal worden verwezen naar de Eurocodes.”

‘Normen dragen in belangrijke mate bij aan innovatie’

Economisch voordeel

“Ook op mondiaal niveau is NEN een toonaangevend instituut”, vervolgt Breedveld. “Bij ontwikkelingen op het gebied van industrie, technologie, demografie en duurzaamheid wordt normalisatie wereldwijd steeds meer ingezet. NEN behoort wereldwijd tot de top vijf van normalisatie-instituten en speelt ook hierin dus een voortrekkersrol. Normalisatie heeft daarnaast in de loop der jaren een belangrijke verandering doorgemaakt en dat proces is nog steeds gaande. Van oudsher lag het accent op productnormalisatie, waarbij vooral de toenemende invloed van wet- en regelgeving de rol van normalisatie in de samenleving versterkte. Onder invloed van de globalisering zullen normen internationaal echter steeds meer gaan bijdragen aan de vorming van een ‘nieuwe wereldorde’. Aspecten als veiligheid, gezondheid, duurzaamheid, economie en maatschappelijk verantwoord ondernemen zijn immers universele thema’s, die met behulp van internationaal erkende normafspraken concreet kunnen bijdragen aan de verbetering van de kwaliteit van het leven. Met de internationaal erkende NEN-ISO 26000-norm bijvoorbeeld, die mede door NEN is ontwikkeld, heeft het Nederlandse bedrijfsleven een toolbox met richtlijnen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen in handen. Daardoor hoeft dat gecompliceerde proces niet meer door iedere onderneming apart te worden uitgevonden. Normalisatie draagt tevens bij aan innovatie, in tegenstelling tot het soms nog gehoorde vooroordeel dat normalisatie juist belemmerend zou werken. NEN bekleedt via prof. Knut Blind en dr. Henk de Vries niet voor niets een leerstoel aan de Erasmus Universiteit. Door deze gerenommeerde experts wordt met name de relatie tussen innovatie en standaardisatie gedoceerd. Normalisatie evolueert steeds meer van productgerelateerd naar procesgerelateerd en zal daardoor nog meer voordelen gaan opleveren dan tot nu toe. Uit onderzoek is inmiddels gebleken dat de economische voordelen van normalisatie circa 1% van het bruto nationaal product bedragen. Wanneer je deze economische voordelen doorvertaalt naar de bouwsector, kun je alleen maar concluderen dat bouwnormalisatie bijdraagt aan het herstel van dit belangrijke segment van de Nederlandse economie.”

Werkkapitaalfinanciering onmisbaar voor succesvol ondernemen

IFN Finance B.V., sinds 1 april vorig jaar dochter van Deutsche Bank AG, is een toonaangevende financiële dienstverlener op het gebied van werkkapitaalfinanciering. Volgens algemeen directeur Jan Berent Heukensfeldt Jansen zouden veel meer ondernemers deze flexibele financieringsvorm op zijn minst in overweging moeten nemen.

“Uit recent onderzoek van de brancheorganisatie is gebleken dat werkkapitaalfinanciering wel bekend is, maar dat er toch nog relatief weinig ondernemingen gebruik van maken”, aldus Heukensfeldt Jansen. “Terwijl juist in deze tijd de voordelen evident zijn: daar waar reguliere financiering door de huisbank niet altijd meer zo eenvoudig is, kan werkkapitaalfinanciering op basis van assets snel het benodigde werkkapitaal verschaffen. Dat is vooral belangrijk voor ambitieuze ondernemingen die groeikansen zien. Wij weten vanuit onze langdurige ervaring dat snelle groei een lastig te financieren fenomeen is. Wanneer je op dat moment gebruikmaakt van een flexibele financieringsvorm die snelle groei wél mogelijk maakt, ben je als ondernemer constructief bezig met de toekomst van je bedrijf. En als die flexibele financiering vervolgens meegroeit met de onderneming en steeds weer op het juiste moment voor werkkapitaal zorgt, dan is het succes van de onderneming zo goed als gegarandeerd. IFN Finance hanteert al jaren het credo ‘Financiers van succes’. Wij maken dat dag in, dag uit waar voor onze klanten.”

Partnership

Is financieren niet gewoon geld uitlenen? Heukensfeldt Jansen: “Zo zien wij het zeker niet. Wij willen graag partner zijn van onze klant. Dit betekent dat we ons intensief verdiepen in diens business. Op het moment dat het partnership vorm krijgt en je gezamenlijk met elkaar optrekt, zie je dat zich een intensieve zakenrelatie ontwikkelt waarin je veel voor elkaar kunt betekenen. Als dat partnership vervolgens uitgroeit tot een langdurige en succesvolle relatie, blijven wij meeademen met de klant en onze dienstverlening aanpassen aan diens veranderende behoeften. Dat kan op korte termijn zijn, zoals alert reageren op snel veranderende marktomstandigheden of plotselinge groei. Maar het geldt zeker ook voor de lange termijn, wanneer er strategische keuzes moeten worden gemaakt over bijvoorbeeld acquisities of expansie naar het buitenland. Onze jarenlange ervaring ligt met name in de segmenten waarin sprake is van seizoensinvloeden en andere relatief onvoorspelbare grootheden. Van de knowhow die we in de loop der jaren in die segmenten hebben opgebouwd profiteren onze klanten dagelijks. We merken daarbij steeds weer dat gesprekspartners onder de indruk zijn van onze specifieke segment- en branchekennis en dat ze op basis daarvan graag willen overwegen om zaken met ons te doen.”

Financiële armslag

Waarin onderscheidt IFN Finance zich? Heukensfeldt Jansen: “Wij bieden ondernemingen de mogelijkheid om hun assets om te zetten in werkkapitaal. Zolang je geld in je assets vast blijft zitten, kun je er niets mee. Op het moment dat je er werkkapitaal van maakt, kun je je assets letterlijk voor je laten werken. Zo eenvoudig is het. Voorwaarde is uiteraard dat je een solide onderneming leidt met een goede omzetverwachting en dat je boekhouding volledig op orde is. Als dat het geval is, kun je je assets te gelde maken en je volledig concentreren op je businessdoelstellingen. De kracht van IFN Finance is dat wij iedere fase van de goederenstroom kunnen financieren: van voorverkochte voorraden tot en met uitstaande facturen. Dat betekent dat je in elke fase kunt rekenen op voldoende financiële armslag om je bedrijf de benodigde continuïteit te geven. Een andere onderscheidende factor is dat wij in het geval van debiteurenfinanciering ruimer en langer financieren dan reguliere financiers. Dat kan oplopen tot 90% van het uitstaande debiteurensaldo – banken financieren doorgaans tot 60%. Daarnaast kun je als ondernemer de keuze maken om een groot deel van de administratieve rompslomp, zoals debiteurenbeheer, uit handen te geven.”

Dé specialist

“Wanneer de samenwerking eenmaal een feit is, ontdek je al heel snel dat IFN Finance niet alleen een professionele partner is, maar ook een prettige partner om mee samen te werken. De persoonlijke relatie met de klant is een van onze belangrijkste succesfactoren. We verdiepen ons enerzijds in de business van de klant, ook omdat het in ons eigen belang is om de vinger aan de pols te houden. Maar we hechten ook zeer veel belang aan het dagelijkse contact tussen de mensen met wie je het allemaal samen doet. Alleen op die manier kun je wederzijds vertrouwen opbouwen en de basis leggen voor een langdurige relatie. Het is niet voor niets dat we hoog scoren in klanttevredenheid, maar ook in medewerkerstevredenheid. Vanuit ons standpunt gezien is het verbazingwekkend dat niet veel meer ondernemingen gebruikmaken van werkkapitaalfinanciering. Kennelijk maakt onbekend onbemind. Daarom heeft IFN Finance samen met een viertal branchegenoten (ABN AMRO Commercial Finance, Coface, ING Commercial Finance en De Lage Landen) de handen ineengeslagen. De bedoeling is om onder de naam FAAN (Factoring & Asset based financing Association Netherlands) als brancheorganisatie de bekendheid van werkkapitaalfinanciering te vergroten. Uit het feit dat elke grote commerciële bank in Nederland een aparte tak heeft die zich met werkkapitaalfinanciering bezighoudt, kun je afleiden dat het een serieuze manier van financieren is. Maar het is ook een specialisme, en IFN Finance is al decennialang dé specialist!”

Betere communicatie draagt bij aan hogere kwaliteit

Ernst & Young, wereldwijd toonaangevend op het gebied van assurance, tax, transactions en advisory, nam in 2008 een historische stap: de aangesloten kantoren gingen over van samenwerking in een netwerk naar een internationaal geharmoniseerde organisatie.

 

Dat was een unieke operatie in deze branche, met als doel kwaliteitsverbetering van de dienstverlening. Drie jaar later is het tijd voor een inventarisatie: is de missie geslaagd? Pieter Jongstra, managing partner van Ernst & Young in Nederland en België, laat daarover geen enkele twijfel bestaan: “Wij hebben in de afgelopen drie jaar gemerkt dat zowel onze klanten als onze medewerkers zich bijzonder prettig voelen bij de nieuwe organisatiestructuur. Voor het EMEIA-gebied (Europa, het Midden-Oosten, India en Afrika) hield dat concreet in dat 87 landen nu binnen één businesseenheid zijn geïntegreerd. Daarin onderscheiden wij ons van onze collegakantoren die nog op landelijk niveau zijn georganiseerd.”

Sleutelrol

“Ernst & Young wordt op dit moment in de markt gezien als de meest internationaal geïntegreerde organisatie binnen haar vakgebied”, vervolgt Jongstra. “Als het gaat om de concrete resultaten van de herstructurering, nemen we op het gebied van accountantscontroles nu een stevige tweede positie in, terwijl we drie jaar geleden nog op de vierde plaats stonden. Wij beschouwen dit als een duidelijke erkenning van de markt dat onze nieuwe strategie de juiste is. Bovendien hebben we recent grote namen als Fiat, ENI en Siemens mogen begroeten, dus kunnen we concluderen dat de missie geslaagd is. Uiteraard krijg je dat allemaal niet cadeau: we hebben de ingrijpende koerswijziging niet voor niets ingezet.”

Recente ontwikkelingen

Jongstra vervolgt: “Aan de ene kant hebben we goed geluisterd naar de kritiek die wij als beroepsgroep – soms terecht – te horen hebben gekregen. Aan de andere kant hebben wijzelf ook begrepen dat de functie van accountancy een andere is geworden dan die van een tijd geleden. Het gaat nu veel meer om het leveren van kwalitatieve meerwaarde boven op de strikt

vaktechnische invulling. Cliënten zijn niet tevreden over hun accountant als deze alleen maar netjes volgens de regels een jaarrekening controleert; de cliënt verlangt meer. In deze tijd wordt van een accountant verwacht dat hij een proactieve rol speelt op basis van fundamenteel begrip van de onderneming waaraan hij zijn diensten verleent. Daarbij speelt interactieve

communicatie een sleutelrol.”

Interactie

Giljam Aarnink, Managing Partner Assurance, gaat op dat aspect dieper in: “Er is in de nasleep van de kredietcrisis een diepgaande maatschappelijke discussie gaande over de kwaliteit van accountantscontroles. Naar onze mening wordt daarbij relatief weinig aandacht besteed aan de relevante vraag wat de gebruiker van die kwaliteit vindt: de cliënt, de kapitaalverschaffers en andere belanghebbenden als leveranciers. Je kunt naar het strikt naleven van de regels kijken, naar de technische kwaliteit. Die is belangrijk, maar wij kijken nadrukkelijk ook naar de verwachtingen die de gebruikers van accountantsrapporten hebben, naar de meerwaarde die zij willen zien. Het is bijvoorbeeld nu nog niet de taak van de

accountant om naar zoiets als risicomanagement te kijken, maar wat ons betreft zou hij zich daarover in de risicoparagraaf van de jaarrekening best mogen uitspreken.

In het algemeen zou de accountant meer en beter kunnen communiceren, zowel met de bestuurders en de commissarissen van de onderneming die hij controleert als met de buitenwereld. Het past niet meer bij het huidige tijdsbeeld dat accountants uitsluitend achter de schermen werken en zich niet uitspreken over essentiële zaken. De kernvraag is of

de accountant een goede interactie heeft met de Raad van Commissarissen (RvC). Wij hebben daarover in juli 2010 een White Paper gepubliceerd onder de titel ‘Betere communicatie door de externe accountant: meer waarde ontsluiten voor maatschappelijk verkeer en cliënt’. Die discussie is nog steeds actueel. Het gaat over essentiële zaken als het aanstellen van de accountant door de RvC en de manier waarop de dialoog vervolgens plaatsvindt. De RvC en de accountant zien gezamenlijk toe op het wel en wee van de onderneming, hetgeen een goed

samenspel noodzakelijk maakt. Daarnaast wordt het steeds belangrijker dat de accountant in staat is om een interactieve dialoog met de buitenwereld te voeren, met name richting toezichthouders. En niet in de laatste plaats vinden wij het zeer wenselijk dat de accountant belangrijke trends kan signaleren in de verschillende sectoren en daarmee proactief naar

buiten treedt. Al deze communicatieve aspecten hebben te maken met de kwaliteit van de dienstverlening zoals wij die voor onze cliënten nastreven. Wij stellen onszelf voortdurend de vraag: wat verwacht de cliënt van zijn accountant, wat verwacht de maatschappij? Als wij voldoen aan die verwachtingen, dan leveren wij kwaliteit.”

Wereldwijd

Pieter Jongstra voegt daaraan toe: “We zijn er natuurlijk trots op dat we op nationaal niveau aan die verwachtingen voldoen, maar in het kader van de genoemde internationalisering is het minstens zo belangrijk dat Ernst & Young deze kwaliteitsstandaard wereldwijd hanteert. Veel van onze cliënten opereren zelf op globaal niveau en vinden het vanzelfsprekend dat ze overal ter wereld op dezelfde manier door ons worden bediend. De transitie van netwerk naar een geïntegreerde organisatie heeft aan het vervullen van die wens enorm bijgedragen.”

De Rechtspraak heeft recht op ICT-toppers

Spir-it is sinds de samenvoeging van twee organisaties op 1 januari 2011 hét fullservice ICT-bedrijf voor de Rechtspraak. De belangrijkste werkzaamheden zijn infrastructuur- en applicatieontwikkeling. Met een compleet vernieuwd technologisch arsenaal geeft spir-it vorm aan de strategische ICT-behoefte van de Rechtspraak.

De wereld van de Rechtspraak ziet er fundamenteel anders uit dan enkele decennia geleden. Volgens ‘Visie op de Rechtspraak’ uit 2010 hebben burgers en juridische professionals steeds meer behoefte aan efficiënte informatie-uitwisseling. Transparantie, digitale toegankelijkheid, betrouwbaarheid en smetteloze deskundigheid zijn daarbij kernbegrippen en daarin speelt ICT een essentiële rol. Om dat uitgangspunt vorm te geven, heb je wel de beste technische hulpmiddelen nodig. De samenvoeging luidde dan ook een complete technologische inhaalslag in. “Ons hardware- en softwarearsenaal is compleet vernieuwd”, meldt algemeen directeur Ron Kolkman. “Alles draait nu onder Windows 7, hetgeen een enorme sprong voorwaarts betekent in de manier waarop we onze diensten kunnen leveren. Ook voor wat betreft de tooling maken we nu gebruik van state-of-the-artoplossingen. Daardoor kan iedere rechtgeaarde techneut zich bij ons als een vis in het water voelen. Als je daarnaast ook nog affiniteit hebt met de Rechtspraak of daar in ieder geval nieuwsgierig naar bent, is spir-it hét ICT-bedrijf om je carrière te beginnen of voort te zetten.”

 

Stapje extra

Voor wie is een ICT-carrière bij spir-it interessant? Kolkman: “We zijn vooral op zoek naar engineers, projectleiders en managers op hbo-niveau. De lat ligt daarbij behoorlijk hoog, omdat we vinden dat de Rechtspraak in Nederland recht heeft op ICT-toppers. De naam spir-it geeft ook aan dat we een enthousiaste en sprankelende organisatie willen zijn en graag mensen aantrekken die dezelfde mentaliteit met zich meebrengen. Belangrijk is dat ze naar onze gebruikers uitstralen dat ze net dat stapje extra willen zetten. Daar staat dan ook wel het een en ander tegenover aan gunstige arbeidsvoorwaarden. Je werkt voor een overheidsbedrijf, zodat salariëring en pensioenvoorziening om te beginnen al dik in orde zijn. Daarnaast kun je kiezen voor flexibele werktijden en volop gebruikmaken van uitstekende opleidingsmogelijkheden en carrièrebegeleiding. We hechten veel waarde aan zelfstandig functioneren en eigen verantwoordelijkheid en we faciliteren dat door middel van het beschikbaar stellen van de beste werkomgevingen. Het verloop is bij ons dan ook erg laag: onze medewerkers hebben het hier prima naar hun zin. Hoewel we onder de Raad voor de Rechtspraak vallen, zien we onszelf als een atypisch overheidsbedrijf. We voldoen absoluut niet aan het stereotiepe beeld dat mensen soms nog van ambtenaren hebben. We werken bijzonder hard aan het zo goed mogelijk uitvoeren van onze taken en als dat zo nu en dan ’s avonds of in het weekend doorwerken betekent, kijken we daar niet vreemd van op. Ook op andere gebieden proberen we anders te zijn dan andere overheidsinstellingen. Zo gaan we Het Nieuwe Werken binnen onze omgeving vormgeven en zijn we in staat om de Rechtspraak hierin te ondersteunen. Dat laatste is natuurlijk vrij opmerkelijk, aangezien het voor zo’n ‘klassieke’ organisatie niet gebruikelijk is om snel bij een dergelijke trend aan te haken. Spir-it wil daarin een voortrekkersrol spelen en op die manier ook voor andere overheidsinstellingen een voorbeeldfunctie innemen.”

 

Digitale toegankelijkheid

“Onze medewerkers zijn zich ten volle bewust van het feit dat de Rechtspraak in ons land ertoe doet en willen zich volledig inzetten om dit met goed werkende ICT te faciliteren”, vervolgt Kolkman. “Er kan en moet op dat gebied nog best veel gedaan worden, dus er liggen nog meer dan voldoende interessante uitdagingen voor ambitieuze en gemotiveerde nieuwe medewerkers. Met name het vergroten van de digitale toegankelijkheid voor burgers en advocatenkantoren heeft de komende tijd prioriteit. Maar zeker zo belangrijk is het verhogen van de stabiliteit van de ICT-omgeving waarbinnen medewerkers van de Rechtspraak zelf werken. Dat geldt op elk niveau: van rechters tot administratief medewerkers. De ruim 14.000 werkplekken waarvoor wij verantwoordelijkheid dragen ondersteunen plaatsonafhankelijk werken en zijn voorzien van moderne snufjes voor Het Nieuwe Werken, zoals teleconferencing en chatmogelijkheden. Aan de genoemde digitale toegankelijkheid voor burgers en advocaten wordt hard gewerkt. We weten bij spir-it allemaal waarvoor en voor wie we werken. De Rechtspraak is een belangrijk, maar ook een bijzonder oud instituut dat een grote inhaalslag moet maken om in het huidige tijdsgewricht te passen. Het digitaliseren van papieren dossiers bijvoorbeeld verkort de opzoektijd drastisch, maakt daardoor de totale doorlooptijd korter en vermindert de kans op fouten als gevolg van het niet meer terug kunnen vinden van belangrijke stukken. ICT speelt dus een cruciale rol in de kwaliteitsverbetering van de Rechtspraak – een rol die wij met passie, trots en enthousiasme op ons nemen. Wij willen het voor iedereen die bij de Rechtspraak werkt zo gemakkelijk mogelijk maken om zijn of haar werk zo goed en zo efficiënt mogelijk te doen. Daarvoor zijn niet alleen de best denkbare ICT-oplossingen nodig, maar ook een IT-partner die de motivatie en de drive heeft om dat te realiseren. Uiteindelijk werken we voor mensen die dagelijks ons rechtssysteem inhoud geven en daarmee nemen we een belangrijke maatschappelijke positie in. Gedreven ICT-professionals die deze missie onderschrijven worden bij ons met open armen ontvangen!”