‘We zijn een soort mini-multinational’

Van der Sluis omschrijft de RAI als een echt familiebedrijf. “We zijn een soort mini-multinational die wereldwijd met succes beurzen organiseert en in Amsterdam bijna anderhalf miljoen internationale gasten per jaar ontvangt”, vertelt hij. “Daaraan werken wij en onze medewerkers resultaatgericht en ondernemend samen. De afgelopen twee jaar verliep dit anders: door de coronacrisis vonden er geen fysieke beurzen en congressen plaats. De RAI stond dus lange tijd leeg, zodat we noodgedwongen dierbare medewerkers moesten laten gaan. Dat viel ons allen zwaar.”

Leukste werkplek

Van den Oever knikt. “Dat was vreselijk,” vertelt ze, “juist omdat het zo ontzettend leuk is om hier te werken. We verbinden de hele wereld op één plek, hier in het centrum van Amsterdam. Door onze omvang kunnen er compleet verschillende omgevingen tegelijkertijd gecreëerd worden, van watertechnologiebeurs tot dansfestival. Het is dus een enorm dynamische werkplek. Dat betekent samen hard werken om resultaten te behalen, en samen successen vieren als we daarin slagen. Dat saamhorigheidsgevoel hebben we de afgelopen twee jaar gelukkig weten te behouden, onder meer door virtueel en fysiek (volgens covidregels) contact te houden en nauw samen te werken. Samen met medewerkers hebben we nagedacht over nieuwe kansen en innovatieperspectieven, bijvoorbeeld als gevolg van digitalisering, en welke competenties we daarvoor in huis moeten hebben. De mensen die we nu aannemen dragen bij aan onze versnelling.”

‘Samen met medewerkers hebben we nagedacht over onze kansen en innovatieperspectieven’

Toekomstplannen

Van der Sluis: “Onze corebusiness, het creëren van waardevolle ontmoetingen via beurzen en congressen, ontwikkelt zich. Bianca noemde al digitalisering, maar ook het gesprek over duurzaamheid ging tijdens covid door.”

Hij vervolgt: “We willen ons gebied aantrekkelijker maken. Zo werken we aan een groot logistiek plan, waarbij we met ondergrondse deeloplossingen meer bovengrondse ruimte beschikbaar maken en overlast voor de omgeving beperken. Zo kunnen we extra functies toevoegen aan de RAI, voor onze klanten, exposanten en bezoekers, en natuurlijk onze stadsgenoten. Over tien jaar willen we die functies gerealiseerd hebben.”